Rondje kastelen: Icoon van de waterlinie

Slot Loevesteijn, Poederoijen

Getty Images

Iedere Nederlander kent Slot Loevestein, en het verhaal van Hugo de Groot en de boekenkist. Maar rond dit kasteel vonden meer sterke staaltjes plaats.

Getty Images
Als je de toegangspoort van Slot ­Loevestein passeert, waan je je in een dorp: twee lange rijen huizen met kleine dakkapelletjes tegenover elkaar, in het midden een kastanje die hoog boven de rode daken uittorent. Die indruk is zo gek niet, want Loevestein deed tot 1950 anderhalve eeuw lang dienst als soldatendorp. Er werkte een bakker, er was een dominee, een boer van wie de varkens en kippen op de vestingwallen scharrelden, en een schoolmeester die zo weinig verdiende dat hij als bijverdienste tijdens de schooluren kaas karnde. De karnton staat nog in de hoek van het klaslokaaltje van eertijds. “Loevestein als soldatendorp, als onderdeel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, die de steden in het westen van Nederland tegen vijandige aanvallen moest beschermen, was eigenlijk de laatste fase”, legt beheerder Jacques Mombers van Slot Loevestein uit. “Eerder deed het slot dienst als woning van een edelman en bijna drie eeuwen als staatsgevangenis. Met Hugo de Groot als bekendste gevangene natuurlijk.”


Drieprovinciënpunt

Getty Images
Het was Dirc Loef van Horne die in 1361 een blokhuis, een simpele toren, op een strategische plaats liet bouwen: daar waar de hertogdommen van Gelre en Brabant en het graafschap Zuid-Holland elkaar raakten én daar waar Maas en Waal samenkomen om als Merwede verder te gaan. Ieder schip dat passeerde, moest tol betalen. De zaken gingen zo goed dat Dirc zijn eenvoudige bakstenen toren in tien jaar tijd uitbouwde tot een flink kasteel: het stenen huis van Loef kreeg de naam Loevestein. Loevestein ligt op een drieprovinciënpunt, maar vooral in een opvallend leeg en ongeschonden rivierlandschap. Dat is te danken aan de vele jaren dat het kasteel een militaire functie had. In het schootsveld mocht niet gebouwd worden.


Blinde Bastiaan

Getty Images
Kwamen vroeger alle bezoekers over het water, nu geldt dat voor de meesten nog steeds. Het voetveer van Philip Vink kent een lange historie. Zijn bekendste voorganger was ‘Blinde Bastiaan’ Pippeling. Toen deze veerman in 1887 vanwege harde storm weigerde een groep dronken soldaten naar het kasteel over te zetten, sloegen ze hem dood. Veertig jaar lang had de blinde veerman kans gezien om op gevoel feilloos de overkant te bereiken. Als experiment wilde veerman Vink ook weleens blind de oversteek maken. Vorig jaar probeerde hij zijn boot een keer geblinddoekt te sturen. Maar zonder zicht bleek hij niet geheel koersvast. “Dat valt tegen”, concludeerde hij. “Heel knap hoe Bastiaan dat deed.” Zo kent Loevestein meer sterke staaltjes dan alleen de ­ontsnapping per boekenkist die Hugo de Groot onsterfelijk en Slot Loevestein tot een icoon van de Nederlandse geschiedenis maakte.
 
Auteur 
Bron 
  • Plus Magazine