Minder werken: wat kost dat?

Getty Images

Wat betekent korter werken voor mijn pensioen?

[ITEMADVERTORIAL]

Niet iedereen kan of wil met fulltime werken z’n pensioenleeftijd halen. Een dagje minder per week werken doet vaak wonderen.  Maar wat gebeurt er met je pensioen, als je de laatste vijf of zelfs tien jaar minder werkt? Doorwerken tot 67 jaar komt met grote stappen dichterbij. Over drie jaar is het al zover voor werknemers die halverwege 1954 geboren zijn. Maar het is lang niet iedereen gegeven het zo lang vol te houden.  De gemiddelde leeftijd waarop we stoppen met werken is weliswaar tot 64 jaar opgelopen, bij 67 zijn we nog lang niet.

Korter werken

Om gezond en met plezier de eindstreep te halen, overwegen veel werkenden in de laatste fase van hun loopbaan korter te gaan werken. De eerste zorg gaat dan uit naar het inkomen. Dat daalt bruto met 20 procent, als je van vijf naar vier dagen gaat. Netto is de daling minder, soms niet meer dan 10 procent. Dat geldt vooral voor de werknemers met een hoger inkomen, die door de teruggang net in een lagere belastingschaal kunnen vallen. Met een werkende partner en wat spaargeld achter de hand is zo’n daling vaak goed op te vangen, zeker als ze door de teruggang in inkomen recht op huur- of zorgtoeslag krijgen.
Niet iedereen staat er direct bij stil dat minder werken ook minder pensioen betekent. Toch is dat zo, omdat de jaarlijkse pensioenopbouw een percentage van een deel van het salaris is. Is dat salaris lager, dan wordt het pensioen dat uiteindelijk ook.

Voorbeeld

Een dag minder werken in de week hoeft echter geen rampzalig gat in de pensioenpot te slaan. Stel dat een werknemer op 57-jarige leeftijd besluit om de laatste tien jaar van z’n werkzame leven vier dagen te gaan werken. In die periode verliest hij 20 procent van zijn pensioenopbouw. Maar over een hele pensioenperiode van 40 jaar is de totale schade maar een vierde deel, dus 5 procent. Marcel Warnaar, financieel deskundige van budgetinstituut Nibud: ,,De schade van tien jaar lang een dag korter werken kan dus erg meevallen. Dat is zeker het geval voor werknemers die door de hogere pensioenleeftijd meer dan een volledig pensioen opbouwen. Dus de mensen die niet 40  maar 42 jaar pensioenpremie hebben betaald. Door die laatste twee jaar ‘extra werk’ maken ze het verlies van die 5 procent pensioenopbouw zelfs bijna helemaal goed.”  

Kan tegen stootje

Degenen met een goed en volledig pensioen merken het later nauwelijks dat ze in de herfst van hun carrière korter zijn gaan werken. Zij profiteren optimaal van het vermogen van de Nederlandse pensioenfondsen.
Maar dat betekent niet dat de meeste Nederlanders een riant pensioen hebben opgebouwd, dat wel een stootje kan hebben. Marcel Warnaar (Nibud): ,,Slechts een handjevol werknemers betaalt uiteindelijk 42 jaar premie. Veruit de meesten hebben een tijdje niet gewerkt, een tijdje geen premie betaald, of hebben allerlei pensioenbreuken uit het verleden. Ook een echtscheiding kan een grote rol spelen. Ze hebben misschien wel het gevoel dat ze hun hele leven pensioen hebben betaald, maar in de praktijk hebben ze toch minder opgebouwd dan ze vaak denken. Dan kan korter gaan werken in de nadagen van je carrière toch een lastige beslissing zijn.”
Bij een besluit om korter te gaan werken richting het pensioen speelt meer mee dan alleen het aanvullende pensioen van de werkgever. Heeft de partner nog een baan en een behoorlijke pensioenopbouw, is er spaargeld, komt er een lijfrente tot uitkering, is de hypotheek (grotendeels) afgelost - het zijn allemaal factoren die meespelen. Korter werken is prettig, maar als geldstress de plaats van werkstress gaat innemen, is het verstandig er nog eens goed over na te denken.

Auteur