Verkiezingsprogramma’s en uw portemonnee

Getty Images

Het Centraal Plan Bureau (CPB) en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) hebben de verkiezingsplannen van de verschillende politieke partijen doorgerekend. CPB-directeur Van der Geest stelt dat er dit jaar echt iets te kiezen valt. We zetten de conclusies op een rij.

Volgens voorstanders van het doorrekenen van verkiezingsplannen zijn de berekeningen van belang voor de kiezer, omdat hij daarmee ziet wat politieke keuzes betekenen voor zijn portemonnee. Er zijn echter ook critici die stellen dat de kiezer aan de uitkomsten niet te veel waarde moet hechten. De politieke partijen zouden inmiddels min of meer weten hoe het CPB en het PBL rekenen en passen daar hun verkiezingsprogramma zoveel mogelijk op aan, zeggen zij. Hoe dan ook: bijna alle politieke partijen lieten hun plannen ook voor de komende verkiezingen weer doorrekenen. 50Plus, PVV en Partij voor de Dieren deden dat niet, waardoor niet duidelijk is wat hun plannen betekenen voor de portemonnee.

Economische groei en werkgelegenheid

Alle verkiezingsprogramma’s hebben een positief effect op de economische groei en laten dat veelal samengaan met extra werkgelegenheid. Bij de VVD neemt die werkgelegenheid het meest toe, stelt het CPB vast. Andere partijen die de werkgelegenheid laten groeien, zijn D66, GroenLinks, de PvdA en VNL. Het programma van DENK resulteert in 0 procent groei, terwijl de programma’s van SGP, CDA, ChristenUnie en de Vrijzinnige Partij zorgen voor een afname van de werkgelegenheid.

Koopkracht

Voor wat betreft de koopkracht: die gaat er bij alle partijen in elk geval voor werkenden op vooruit. Ook gepensioneerden gaan erop vooruit, behalve in het programma van de SGP. Van de uitkeringsgerechtigden gaat de koopkracht er bij VVD, SGP en DENK op achteruit. Bij alle berekeningen moet wel een kanttekening worden gemaakt: het CPB rekent alsof een partij een absolute meerderheid zou behalen en het volledige programma letterlijk uit zou voeren. In de praktijk gebeurt dat echter niet.

Inkomensongelijkheid

De plannen van de SP – inkomensafhankelijke zorgpremie, verhoging van het minimumloon, verkorting van de derde belastingschijf – zorgen ervoor dat de inkomensongelijkheid op de lange termijn fors afneemt. GroenLinks en PvdA doen dat ook, maar in iets mindere mate. D66, ChristenUnie, DENK en de Vrijzinnige Partij realiseren een kleine daling van de inkomensongelijkheid, bij de SGP blijft het gelijk. CDA en VVD zorgen voor een lichte toename, terwijl VNL zelfs een scherpe toename van de ongelijkheid creëert.

De schatkist van de overheid

Op dit moment houdt de Nederlandse overheid bij ongewijzigd beleid jaarlijks zo’n 3 miljard euro over – een begrotingsoverschot dus. De partijen VVD, D66, ChristenUnie, GroenLinks, SGP en DENK gaan daar wel iets van afknabbelen, maar al deze partijen zorgen er wel voor dat er aan het einde van de periode nog steeds een overschot bestaat. Een aantal partijen geeft meer uit dan het begrotingsoverschot. De plannen van CDA, PvdA, SP, VNL en Vrijzinnige Partij zorgen ervoor dat er uiteindelijk een begrotingstekort ontstaat.

Files

Het PBL heeft de programma’s van VVD, PvdA, SP, D66, ChristenUnie, GroenLinks en de Vrijzinnige Partij doorgerekend op de effecten op verkeer, milieu en biodiversiteit. Als het om de aanpak van het fileprobleem gaat, kiezen bijna alle partijen voor het duurder maken van autorijden, in combinatie met minder geld voor nieuwe wegen en meer geld voor fiets en openbaar vervoer. Zulke plannen leveren een forse afname van het aantal files op, stelt het PBL vast. Ook de CO2-uitstoot gaat omlaag. De maatregelen betekenen wel dat mensen minder ver willen reizen voor een baan.

De VVD kiest als enige partij voor meer asfalt en de verbetering van het bestaande wegennetwerk. Dat levert echter een kleinere afname van het aantal files op dan de plannen van de andere partijen. Wel zullen mensen verder willen reizen voor een baan.

Natuur en landbouw

Het PBL heeft ook gekeken naar de plannen voor natuur en landbouw. In de plannen van de VVD en de Vrijzinnige Partij neemt de grootte van de veestapel niet af. De andere partijen laten de veestapel wel slinken, waardoor ook de uitstoot van ammoniak en broeikasgassen afneemt. Verder blijkt dat D66 en GroenLinks het meeste geld vrijmaken voor natuur.

Schone energie

Om de overgang naar schone energie mogelijk te maken, laten vooral GroenLinks, D66 en ChristenUnie de euro’s rollen. Hun plannen leiden er volgens het PBL toe dat de uitstoot van broeikasgassen flink afneemt. In mindere mate geldt dat ook voor de plannen van PvdA en SP. Verder nemen alle partijen maatregelen die resulteren in de sluiting van de kolencentrales. De enige partij die deze centrales niet sluit, is de VVD.

Auteur 
Bron 
  • NOS
  • CPB