Lijfrente-shoppen loont: tienduizenden euro's verschil

Loopt uw lijfrente af? Zoek goed uit bij wie u het vrijgekomen kapitaal onderbrengt. En kiest u dan voor verzekeren of sparen?

Een lijfrente bestaat uit twee delen: de fase waarin u het kapitaal opbouwt en de ­periode waarin u geld uitgekeerd krijgt. Feitelijk zijn dit twee verschillende, opeenvolgende verzekeringen. Met de ene verzekering bouwt u gedurende uw werkzame leven een bedrag op door premie of een bedrag ineens (koopsom) te betalen aan een verzekeringsmaatschappij. Die verzekering loopt af (expireert) wanneer u stopt met werken, als u 65 wordt, of op een van tevoren afgesproken eind­datum. Het kapitaal dat u ermee hebt opgebouwd, kan vervolgens in een nieuwe verzekering maandelijks worden uitgekeerd ter ­aanvulling van uw pensioen.

Een lijfrenteverzekering sluit u af op een ‘lijf’: als u overlijdt, stopt de uitkering. Het resterende kapitaal vervalt bij een levenslange uitkering aan de verzekeraar of gaat over in een nabestaandenlijfrente als u daarvoor gekozen hebt.

Opbouwen

Het idee achter een lijfrente is dat het geld dat u inlegt, onder bepaalde voorwaarden fiscaal aftrekbaar is tijdens de opbouwfase en dat de periodieke uitkering na uw 65ste in een gunstiger belastingtarief zal vallen. Een lijfrenteverzekering levert dus direct fiscaal voordeel op, terwijl u meteen een aanvullende oudedagsvoorziening opbouwt. Twee vliegen in één klap.

Uitkeren

Naast het fiscale voordeel dat ­ontstaat tijdens het opbouwen van uw kapitaal, kunt u nog meer ‘winnen’ wanneer uw lijfrente­polis afloopt. Zodra de einddatum van uw opbouwfase nadert, kunt u ­namelijk kiezen op welke manier en via wie u de uitkering als maandelijkse aanvulling op uw pensioen ontvangt. Uw verzekering zal u een voorstel doen voor de uitkering, maar dat hoeft niet het meest gunstige plan te zijn.
Een andere verzekeraar kan soms veel voordeliger uitpakken. Of u maakt de overstap naar ­lijfrentesparen. Deze bancaire ­variant bestaat sinds 2008. Het principe is hetzelfde als een lijfrenteverzekering: u spaart fiscaal gunstig voor een tegoed waaruit u later uw pensioentekort kunt aanvullen. De uitkering is gebonden aan een einddatum. Bij overlijden ­vervalt het restkapitaal niet, maar komt het beschikbaar voor nabestaanden.

Alternatief

“Lijfrente is een al lang bestaand fenomeen en het is nog steeds een goede regeling”, stelt Jaco Schoenmaker van Ecurion, een bedrijf gespecialiseerd in financieel advies. Hij signaleert dat er de laatste jaren meer verschillende vormen van lijfrente zijn gekomen. “Een van de alternatieven is het ‘box-3-sparen’, ook wel ‘banksparen’ genoemd. Het gespaarde bedrag is in dit geval in de opbouwfase niet aftrekbaar van de belastingen, maar over het uitgekeerde bedrag hoeft geen inkomstenbelasting te worden betaald. En dat box-3-sparen kan gewoon via een spaar- of ­beleggingsrekening.”

Missing media-item.

Belastingregime

U hebt dus de keus tussen verzekeren of sparen als u uw lijfrente wilt laten uitkeren. Wat de beste stap is, is erg afhankelijk van uw persoonlijke situatie en wensen.  Ook het zogenaamde ‘belastingsregime’ waaronder uw koopsom valt, is van belang. Oud-regime­polissen zijn premiebetalende polissen afgesloten vóór 16 oktober 1990 of koopsommen afgesloten vóór 1 januari 1992. Bij dit regime is het vrijgekomen bedrag het meest flexibel te besteden. U kunt dan zelf de looptijd bepalen van de uitkering of de lijfrente onder voorwaarden ineens tot uitkering laten komen.

Is de lijfrenteverzekering later ­ingegaan, dan is het bedrag bestemd voor een levenslange periodieke uitkering. Wilt u het – bijvoorbeeld in een noodsituatie – toch ineens opnemen, dan wordt het financieel zeer nadelig. De ­fiscus laat u in dat geval opdraaien voor een extra zogeheten revisierente van 20 procent wegens oneigenlijk gebruik van de regeling. U hebt immers fiscaal voordeel genoten gedurende de opbouw, dus de belastingdienst eist dan ook dat u het geld gebruikt waarvoor het bedoeld is. Bovendien kan uw verzekeraar nog afkoopkosten in rekening brengen. Van de gespaarde pot blijft zo heel weinig over.

Uitstellen

Wanneer uw lijfrentepolis tot uitkering komt, kan het verstandig zijn om heel even te wachten als u het geld niet direct nodig hebt. Bent u bijvoorbeeld 63 jaar, dan is het zeer voordelig als u de uitkering pas na twee jaar laat ingaan. Na uw 65ste zijn de belastingtarieven een stuk lager en houdt u dus meer over van het uitgekeerde ­bedrag. Ook spaart u zo nog twee jaar extra rente. De enige verplichting is dat de ­uitkering moet ingaan voordat u 70 jaar wordt.

Kijk en vergelijk op internet

Wie wil uitzoeken wat een lijfrente voor hem of haar kan gaan opleveren, kan terecht op internet. Op www.pensioenkoers.nl is het mogelijk een vergelijking van lijfrenteverzekeringen bij tien verschillende maatschappijen te ­maken. Ongeveer de helft van de lijfrentes is tegenwoordig al de bancaire ­variant lijfrentesparen. De aan-bieders daarvan zijn te vergelijken op www.bank-sparen.nu.

Missing media-item.

Een interessante vergelijkingssite voor financiële producten is altijd Independer.nl. Maar uitgerekend op het gebied van lijfrente is Independer.nl onlangs gestopt met vergelijken. Elsemiek Meijs, businessunit-manager levensverzekeringen, legt uit: “Lijfrentes vallen onder de noemer complexe producten. De wetgever stelt scherpe regels waaraan bemiddelaars moeten voldoen om deze producten aan te bieden. We kunnen met onze online dienstverlening hier niet meer zodanig op aansluiten dat het nog overzichtelijk en begrijpelijk blijft.” Ondanks dat u voor uw lijfrente niet meer bij Independer terecht kunt, heeft Elsemiek Meijs wel een heel nadrukkelijke aanbeveling: “De centrale boodschap is: wéét dat er iets te kiezen valt. Loopt uw lijfrente af, ga dan bij verschillende aanbieders vergelijken wat voor u de beste uitkering oplevert. Dat kan echt tot duizenden euro’s schelen.”

Onafhankelijk advies

Vaar echter niet blind op wat u op internet voorgespiegeld krijgt, want verschillende sites komen met verschillende resultaten. Houd de uitkomsten op de sites aan als leidraad, maar neem vervolgens een onafhankelijk adviseur in de arm om een definitieve keus te maken. Gecertificeerde financieel planners zijn aangesloten bij de FFP, de Federatie Financieel Planners. U kunt ook de hulp inroepen van VOFP-leden, de Vereniging Onafhankelijke Financieel Planners. Zij werken onafhankelijk: niet op basis van een provisie op het verkochte product, maar op uurloon, en zijn ook bij de FFP aangesloten. Maar doordat de VOFP-leden geen producten verkopen, zult u zelf met hun advies aan de slag moeten.

Lees ook:

  • Wat zit er in het basispakket?
  • Vrijwilligerswerk: vrijwillig, maar niet vrijblijvend
  • De Dag van de Mantelzorg 2011
  • Eenklik, anderklik... verkocht!
Auteur 
Bron 
  • Plus Magazine