Staatssecretaris Snel (D66) van Financiën wil een nationale vliegtaks invoeren. Hiermee wil hij 200 miljoen euro per jaar binnenhalen.
Zijn plan voor een heffing op vliegreizen is een alternatief voor een Europese vliegbelasting, die tevergeefs geprobeerd is door te voeren in Brussel. In plaats daarvan dient staatssecretaris Snel binnenkort een kamerbrief in om een dergelijke belasting op nationaal niveau in te voeren.
In eerste instantie moet de heffing gericht zijn op lawaaiige en vervuilende vliegtuigen, maar als ook dat niet doorgaat, is er nog een uitwijkmogelijkheid: een tickettaks die voor rekening komt van de reiziger. Dit roept veel weerstand op, ook omdat overstappende reizigers de taks niet hoeven te betalen.
Eerdere mislukking
In 2008 introduceerde het toenmalige kabinet al een tickettaks. Al na een jaar werd deze afgeschaft, omdat reizigers massaal vertrokken vanaf luchthavens in omliggende landen. Luchtvaartmaatschappijen vrezen een herhaling van dit fiasco, waardoor zij veel omzet misliepen.
Als het aan staatssecretaris Snel ligt, is de nationale heffing op de luchtvaart tijdelijk. Ondertussen wordt namelijk nog steeds onderhandeld met andere Europese landen om tot een akkoord te komen over een Europese heffing. Als deze erdoor komt, dan zal de nationale heffing vervallen.
Hoogte van de heffing
In het regeerakkoord is al bepaald om welke bedragen het gaat bij een tickettaks.
- Vluchten binnen de Europese Unie: 7 euro
- Middellange afstanden: 22 euro
- Verre reizen: 40 euro
De doorberekening van een heffing op lawaaiige en vervuilende vliegtuigen zal ongetwijfeld ook doorberekend worden aan de reiziger, maar wat dit betekent voor de ticketprijzen, is nog niet bekend.
Ook Schiphol werkt aan een luchtvaartheffing. Waarom de luchthaven hier zelf mee bezig is, wat deze heffing inhoudt en of zij kans van slagen heeft, is niet bekend.
- De Telegraaf
