Hebben wij geen recht op huishoudelijke hulp?

Jaap Roelants
Karine Hoenderdos

Ik kan tegenwoordig niet alles meer doen, we zijn boven de 80 jaar. Daarom hebben we hulp, die we zelf betalen. Maar laatst hoorden we dat de gemeente die kosten ook vergoedt. Maar toen we er om vroegen wilden ze daar niks van weten. "Als u al hulp heeft, kunt u zich zelf wel redden”, was het antwoord. Is dat juist?. Hebben we er echt geen recht op?



De vraag of u recht hebt op een vergoeding voor huishoudelijke hulp, is niet heel gemakkelijk te beantwoorden. Voordat je voor hulp een beroep doet op de gemeente, moet je als burger eerst kijken of je het probleem niet anders op kunt lossen. Met familie, buren, de huisgenoot et cetera. Dat gebeurt meestal tijdens een keukentafelgesprek.  Als u al hulp had en die kennelijk kan betalen, zal een gemeente al snel zeggen: die mensen kunnen het zelf wel oplossen. Maar u bent beiden in de tachtig, dan zijn de dingen wellicht toch weer anders.

De vergoeding voor huishoudelijke hulp vanuit de Wmo is een typisch voorbeeld hoe lichtvaardig de overheid met een bepaalde dienst begint. Het klinkt mooi, huishoudelijk hulp voor mensen die langer thuis blijven wonen, maar binnen de kortste keren maken er teveel mensen gebruik van en wordt de service moeilijk uitvoerbaar.  Vooral nu ook de eigen bijdrage is vereenvoudigd en voor veel mensen verlaagd.

Want waar ligt de grens tussen zelf hulp regelen en dat echt niet kunnen?  Daar worstelen gemeentes nu dus mee. Dan krijg je dat de ene gemeente  veel strenger met de toewijzing is dan de andere. Dat geeft een gevoel van rechtsongelijkheid.  Je ziet dat ook voor de uitgave van  een Persoonsgebonden budget, de PGB. Dat gaat in de ene gemeente ook weer gemakkelijker dan in de andere. 
U woont kennelijk in een gemeente die gratis huishoudelijke hulp wil terugdringen.

Auteur