Elektroshocks bij depressie

Elektroconvulsietherapie (ECT)

Electroshocks worden nog steeds succesvol toegepast bij chronische depressiviteit. Waarom het werkt, is niet precies duidelijk, maar patiënten kunnen er veel baat bij hebben.

“Een half uur na mijn tweede behandeling stond ik in het ziekenhuis biljart te spelen. Een van mijn favoriete spelletjes, maar in de duisternis van mijn depressie had ik daar al een jaar niet naar omgekeken. Op dat moment voelde ik: die hel ligt achter me. Ik ben weer terug.”

Martin Paape kwam negen jaar geleden totaal onverwacht in een manie terecht, een ernstige psychiatrische toestand waarin ‘alle remmen losgaan’, zoals hij dat zelf zegt. “Ik voelde dat ik gek werd, maar ik wist niet waarom. Heel erg beangstigend.”

Bipolaire stoornis
In de psychiatrische kliniek waar hij zich liet opnemen, kreeg hij te horen dat hij aan een bipolaire stoornis lijdt, beter bekend als manische depressiviteit. Wat volgde, was een lange en moeizame zoektocht naar de juiste behandeling. Door zijn depressies raakte hij zijn eigen schildersbedrijf en zijn huis kwijt en liep zijn relatie stuk.

“Het was alsof ik in een zwart vacuüm zat”, vertelt hij over die periode. “Er kwam niets uit mijn handen. Muziek – mijn grote hobby – interesseerde me geen zier meer. Ik was alleen maar somber en bang.”

Medicijnen en dagbehandeling hielpen niet. Pas na een jaar voortploeteren – Paape woonde inmiddels bij zijn moeder – verwees zijn psychiater hem naar het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam voor elektroconvulsietherapie (ECT), ofwel elektroshocks. Die kans greep hij met beide handen aan. “Alles beter dan de totale uitzichtloosheid. Ik was echt aan het eind van mijn Latijn.”

Geen laatste redmiddel
Volgens psychiater Eric Ruhé van het AMC denken behandelaars en patiënten vaak pas laat aan ECT. “Het is een hardnekkig misverstand dat het een laatste redmiddel is”, zegt hij. “Als patiënten vanwege hun depressie een gevaar voor zichzelf vormen of als andere behandelvormen geen resultaat opleveren, kun je er beter eerder dan later mee beginnen. Want hoe langer een chronische depressie duurt, hoe moeilijker het wordt om eruit te komen.”

Voor Martin Paape bleek ECT een uitkomst. “Het is de enige behandeling in tien jaar die echt heeft geholpen. Natuurlijk vond ik het spannend. Maar omdat je onder narcose bent, voel je niets van de schok. Van mogelijke bijwerkingen, zoals geheugenverlies, heb ik geen last gehad.” Al na drie ECT-behandelingen was hij zo opgeknapt dat men besloot te stoppen. “Ik liep zingend het ziekenhuis uit.”

“Meneer Paape is niet volledig genezen”, benadrukt psychiater Ruhé. “Mensen met een bipolaire stoornis blijven altijd kwetsbaar voor klachten. Het risico op terugval is aanzienlijk: zonder nabehandeling is dat 60 tot 80 procent in het eerste halfjaar. Vandaar dat meneer Paape weer medicijnen krijgt, in een andere combinatie dan voorheen.” Ondanks het succes van de behandeling komen de depressieve gevoelens ook bij Martin Paape langzaam terug. “Als het nodig is, zal ik geen seconde twijfelen om nogmaals ECT te laten doen”, besluit hij. “Want weer wegzakken in dat zwarte gat wil ik nooit meer.”

Elektroconvulsietherapie (ECT)
Bij ECT wordt onder narcose gedurende vier tot zes seconde stroom door de hersenen geleid. Dat veroorzaakt een korte, epileptische aanval (convulsie). Zo’n aanval heeft een positief effect op de depressieve klachten. Hoe dat precies werkt, is niet bekend.
 
In Nederland worden per jaar circa 13.000 ECT-sessies gegeven bij ongeveer 650 patiënten. Dit gebeurt in 24 algemene ziekenhuizen en in 11 psychiatrische ziekenhuizen. De therapie is zeer veilig en effectief: 60 tot 90 procent van de patiënten heeft er baat bij. Gemiddeld zijn zes tot vijftien behandelingen (verdeeld over drie tot acht weken) voldoende.

Meer informatie: www.indepressie.nl (een website voor mensen die in een depressie zitten of met een depressie in aanraking zijn gekomen).
Auteur 
Bron 
  • Plus Magazine