Mijn verhaal: ‘Opeens besefte ik dat ik een dubbelleven leidde’

Pluslezers vertellen wat hen aangrijpt

Getty Images

Lini (68): "Jarenlang heb ik de deur voor niemand opengedaan. Eén keer moest ik een loodgieter binnenlaten. Hij zag de krankzinnige bergen met rommel en deed meteen een melding bij de GGD. Daar ben ik wel boos over geweest, want ik had hem verteld dat ik al contact had met mijn opruimcoach."

Om privacyredenen zijn de namen Lini en Marja gefingeerd.

"Vijftien jaar geleden kwam ik met een depressie thuis te zitten. Opruimen boeide me nog minder dan anders en weggooien kon ik niet. Post verzamelde ik in kratten en dozen. Ik deed de was bij mijn vriendin Marja, maar de tassen met schone kleren liet ik in de kamer staan. Ik pakte eruit wat ik nodig had. Planten op de vensterbank kon ik niet meer verzorgen. Ik kon op de bank zitten, naar de keuken lopen en naar mijn bed. Dat was het.

Toen ik weer aan het werk ging – ik ben verpleeghuisarts – werd het alleen maar erger. ’s Avonds was ik te moe om op te ruimen en vluchtte ik in spelletjes op mijn telefoon. Ik leidde een dubbelleven. Bij mijn patiënten hamerde ik op het belang van sociale contacten – zonder sociale contacten gaat het altijd fout, zeker als je geen arbeidsleven meer hebt –, maar zelf durfde ik niemand binnen te laten. Toen ik dat besefte, ben ik hulp gaan zoeken. Via internet vond ik Ingeborg. We zouden het samen gaan doen, zei ze aan de telefoon. Zonder dwang. 

Ik was heel bang voor de eerste afspraak, maar ze was helemaal niet verbaasd! Ze stelde me gerust. Ze ging me helpen. We begonnen met de kleren. We sorteerden alles in een zak met kapotte spullen, een zak voor de kringloop en een stapel die ik wilde houden. Zo werkten we elke week drie uur. Wat ik wegdeed, nam Ingeborg meteen mee met de auto. Ze gaf me opdrachten voor de volgende keer. Een stapel post uitzoeken. Planten weggooien. Meestal lukte dat, soms niet. 

In totaal zijn er meer dan honderd vuilniszakken afgevoerd. Zo kwam ik erachter dat ik wél goed ben in weggooien. Ik kreeg weer vertrouwen in mezelf. Ik heb stapels papieren weggedaan, zoals oude kerst- en verjaardagskaarten. Maar ik heb ook veel teruggevonden: vergeten kleren, cd’s en foto’s, heel veel foto’s die ik zelf had gemaakt. Een keer kwam er een dode muis tevoorschijn. Daar schaamde ik me wel voor.

Na een paar maanden kon ik Marja en een vriend van ons laten komen. Samen hebben we het hele huis opgeknapt: muren geverfd, vieze vloerbedekking weggehaald en laminaat gelegd. Toen pas durfde ik ook andere vrienden uit te nodigen. Dat was een emotioneel moment. Ik besefte dat ik mijn leven op de rails kon krijgen, want als er vrienden komen, heb ik een stok achter de deur om op te ruimen. 

Ingeborg heeft me geleerd structuur aan te brengen in mijn huishoudelijke taken. De laatste keer dat ze kwam, vond ik heel moeilijk. Ik heb twee plantjes van haar gekregen, waar ik nu goed voor zorg. Ik weet zeker dat het nooit meer zal worden zoals het was.”

Een opruimcoach is te vinden op de website van de Nederlandse Beroepsvereniging van Professional Organizers: www.nbpo.nl

Loopt u rond met iets wat u aan (bijna) niemand durft te vertellen? Deel het met andere Pluslezers; dat mag ook anoniem. Schrijf naar redactie@plusmagazine.nl of naar Redactie Plus Magazine, Postbus 44, 3740 AA Baarn o.v.v. ‘Mijn verhaal’.

Auteur 
Bron 
  • PlusMagazine