Wat krijgt ú na uw pensionering?

Heel weinig mensen weten hoeveel pensioen ze straks krijgen. Denkt u dat het wel zal meevallen? De kans is groot dat u minder krijgt dan u hoopt. Laat u niet onaangenaam verrassen en zorg dat u bijtijds bezuinigt of voor extra inkomsten zorgt.

Heel weinig mensen weten hoeveel pensioen ze straks krijgen. Denkt u dat het wel zal meevallen? De kans is groot dat u minder krijgt dan u hoopt. Laat u niet onaangenaam verrassen en zorg dat u bijtijds bezuinigt of voor extra inkomsten zorgt.

Nederlanders weten schrikbarend weinig van hun pensioen, blijkt uit onderzoek van de Stichting Pensioenkijker.nl. Ruim tweeduizend 65-minners werden vorig jaar aan de tand gevoeld over hun pensioenbewustzijn. Slechts 13 procent antwoordde ‘goed op de hoogte’ te zijn van de eigen pensioeninkomsten. De andere 87 procent weet niet met hoeveel geld zij moet rondkomen na hun pensionering. Velen gaan uit van een pensioen dat ligt op 70 procent van het laatstverdiende loon. Dat percentage is echter voor maar weinigen weggelegd. Reden tot zorg? Niet volgens de ondervraagden: 45 procent gaf aan dat de stelling ‘Ik maak me niet druk om mijn pensioenvoorziening. We zien dan wel weer’, het meest op hen van toepassing is. 57 procent zei zich zelfs ‘nimmer’ te hebben afgevraagd hoeveel geld beschikbaar komt op de oude dag. Wellicht geldt dit niet voor u. Maar als u niet weet wat u na uw 65ste gaat incasseren, wordt het tijd om dit in kaart te brengen.

Mogelijk inkomen na uw 65ste

AOW
Wanneer u tussen uw 15de en 65ste in Nederland hebt gewoond, kunt u rekenen op ouderdomspensioen van de overheid op grond van de Algemene Ouderdomswet (AOW). Werkte u enkele jaren in het buitenland of vestigde u zich op latere leeftijd in Nederland, dan kan het uit te keren bedrag lager uitvallen. Voor elk jaar dat u tussen uw 15de en 65ste niet in Nederland woonde, wordt namelijk 2 procent gekort op de AOW.

Aanvullend pensioen

Als u in loondienst werkt, bouwt u meestal aanvullend pensioen op. Nog niet zo lang geleden voorzagen de meeste regelingen van het aanvullend pensioen erin dat u bij een volledig dienstverband in veertig jaar een pensioen opbouwde dat – samen met de AOW – ongeveer gelijk is aan 70 procent van het laatstverdiende salaris. Door onder meer een tekort aan werkzame jaren, pensioenbreuk of een ander pensioensysteem kunt u bijna ongemerkt toch behoorlijk minder hebben opgebouwd.
Op hoeveel pensioen u kunt rekenen vanaf uw 65ste, kunt u terugvinden in het pensioenoverzicht dat uw werkgever of pensioenfonds jaarlijks moet toezenden. Vindt u dergelijke pensioenoverzichten onduidelijk? Kijk dan op internet op www.pensioenkijker.nl en klik op ‘pensioenoverzicht’. U krijgt dan een heldere uitleg over hoe u een pen-sioenoverzicht dient te lezen.

Eigen extra’s
Bijvoorbeeld inkomsten uit een zelf afgesloten lijfrenteverzekering (of koopsompolis), van een spaarrekening of van beleggingen.

'Oud' pensioen achterhalen
  • Weet u niet meer of u bij een vroegere werkgever pensioen hebt opgebouwd? Dan kan het lastig zijn om ‘oude’ pensioenrechten op te sporen. In de folder ‘Hoe achterhaal ik mijn pensioen?’ van De Nederlandsche Bank (DNB) wordt uitgelegd wat u kunt doen om na te gaan of u nog pensioenrechten hebt. Bel de Informatiedesk van DNB voor hulp en advies, 0900-520 05 20 (op werkdagen tussen 9 en 17 uur, €0,35 per gesprek) of download de folder via www.dnb.nl.
  • Weet u wel waar u ooit pensioenrechten hebt opgebouwd, maar bestaat het pensioenfonds of de verzekeraar niet meer? Raadpleeg dan op de website van DNB het bestand ‘Rechtsopvolgers van oude pensioenfondsen’. U kunt met deze vraag ook de DNB-Informatiedesk bellen.
  • Met behulp van de Pensioencalculator op de website www.pensioenkijker.nl kunt u nagaan op hoeveel pensioeninkomsten u na uw 65ste kunt rekenen.

Waar gaat u op bezuinigen?

Vallen de inkomsten na uw pensionering tegen? Geen reden tot paniek. Als 65-plusser krijgt u bij veel instellingen korting. Houd er ook rekening mee dat uw uitgaven na pensionering drastisch kunnen veranderen. Wanneer u in een huurhuis woont, lopen de woonlasten weliswaar gewoon door maar wellicht hebt u dan recht op huurtoeslag. Hebt u een eigen huis waarvan de hypotheek rond de pensioendatum wordt afgelost, dan zullen de maandlasten fiks dalen. Bovendien kunnen de lasten dalen doordat kinderen de deur uit zijn. Kosten voor woon-werkverkeer vervallen mogelijk ook. Om een goed overzicht te krijgen, kunt u het beste op een lijstje al uw inkomsten noteren naast de uitgaven die u dan verwacht te hebben. Levert dit een groot tekort op, dan kunt u de huishoudfinanciën in balans brengen door:
  • goedkoper op vakantie te gaan
  • minder en voordeliger kleding en andere spullen te kopen
  • meer aan energiebesparing te doen
  • goedkoper en minder te bellen
  • overbodige verzekeringen te schrappen en op zoek te gaan naar voordeligere verzekeringen
  • spullen te kopen in de uitverkoop en te profiteren van kortingacties
  • met de auto minder te rijden en een kleinere aan te schaffen
  • na te gaan of kwijtschelding van gemeentelijke belastingen mogelijk is
  • eventueel huurtoeslag aan te vragen.

Handig: een begroting

Om een goed overzicht te krijgen van het verloop van uw huishoudfinanciën is budgetteren handig. Daartoe kunt u een jaaroverzicht maken. Dat is een tabel waarin u per maand kunt aflezen op welke momenten zich grote pieken en dalen in uw inkomsten en uitgaven voordoen. Voor het overzicht noteert u wat u het komend jaar aan inkomsten en uitgaven verwacht. Zo ziet u hoeveel u per saldo tekort komt. Of overhoudt.

Zo werkt een jaaroverzicht

Schrijf onder elkaar alle posten op die met uw inkomsten en uitgaven te maken hebben. Achter die posten vult u over dertien smalle verticale kolommen de bedragen in: voor elke maand één, plus een laatste kolom voor de gemiddelde bedragen per maand. Dit schema is op de computer in Excel te maken. Nog beter gaat het op het computerprogramma de ‘Geldmanager’ van het Nibud.

  • Inkomsten vaststellen
    Bij het opstellen van het jaaroverzicht schrijft u eerst alle te verwachten netto besteedbare inkomsten per maand op. Zoals pensioen en uitkeringen, loon, vaste bijverdiensten, huurtoeslag, vakantiegeld (eens per jaar) en dergelijke. Deze inkomsten vermeldt u in de verticale kolommen onder de maanden waarin u het geld ontvangt.
    Daarna telt u per maand alle bedragen verticaal op. Zo krijgt u een overzicht van het totaal aan inkomsten per maand. Onzekere bijverdiensten of extraatjes vermeldt u niet.
  • Uitgaven vaststellen
    Bij het noteren van de uitgaven in het jaaroverzicht verdeelt u de bedragen in drie groepen: vaste lasten, huishoudelijke uitgaven en reserveringen.
    De vaste lasten zijn uitgaven die regelmatig terugkeren, bijvoorbeeld eens per maand, kwartaal of jaar. Te denken valt aan huur of hypotheek, afbetalingen schuld, heffingen gas, water en elektriciteit, telefoon, verzekeringspremies, enzovoorts. Huishoudelijke uitgaven zijn bijvoorbeeld kosten voor voeding, schoonmaakartikelen, tussendoortjes, toiletartikelen en huisdieren. De reserveringsuitgaven zijn de grotere onregelmatige posten die niet elke maand terugkomen, maar waarvoor u wel maandelijks een bedrag opzij dient te leggen. U hebt dan het geld wanneer zo’n uitgave zich aandient. Daarbij gaat het onder meer om kleding, extra ziektekosten, vakantie, onderhoud van het huis en vervanging van apparaten.
    Levert het problemen op om alle reserveringsuitgaven te verzamelen, maak dan een schatting. Voor vakantie, kleding en schoenen kunt u er de bank- of giroafschriften van een voorgaand jaar op naslaan. Voor nieuw aan te schaffen artikelen kunt u uitgaan van een afschrijving. Wanneer u het totaalbedrag van elke reserveringspost hebt vastgesteld, deelt u deze uitkomst door twaalf en u weet welk bedrag u maandelijks moet reserveren. Dat zijn de bedragen die u vermeldt in de verticale kolommen van het jaaroverzicht.
  • Gemiddelden vaststellen
    Nadat u het jaaroverzicht hebt opgesteld, telt u (horizontaal) per inkomstenpost alle maandbedragen op. De uitkomst deelt u door twaalf om aan het gemiddelde per maand te komen en dat bedrag vermeldt u in de dertiende kolom. Hetzelfde doet u met alle uitgavenposten. Het gemiddelde per maand levert een overzicht op van de bedragen die u in totaal per maand moet reserveren voor grote uitgaven. Als u dus voor vakantie €1500 hebt genoteerd, zal het jaaroverzicht aangeven dat u hiervoor €125 per maand opzij moet zetten.
  • Harde noten kraken
    Blijkt uit het jaaroverzicht dat het totaal van de gemiddelde uitgaven per maand hoger is dan het totaal van de gemiddelde maandinkomsten, dan moet u op een aantal uitgaven bezuinigen.

Bezuinigen in de praktijk

Als u bijvoorbeeld €75 per maand noteert voor kleding en er uiteindelijk €100 aan spendeert, moet u beknibbelen. Daarom is het belangrijk de inkomsten en uitgaven geregeld na te kijken om tijdig te kunnen bijsturen. Controle kan op vele manieren, bijvoorbeeld via een kasboekje. Ook kunt u besluiten wekelijks een vast bedrag op te nemen van uw betaalrekening voor bijvoorbeeld boodschappen, kleding en vrije tijd. Als u het geld elke maandag opneemt, weet u dagelijks hoelang u nog met het resterende geld moet doen. Als u een vast bedrag in uw portemonnee hebt, laat u zich niet zo snel tot impulsieve uitgaven verleiden. Met pinnen en creditcards geeft u makkelijker geld uit.

financiën op een rij

  • Wilt u uw financiën op een rijtje zetten? Het Nibud biedt u gratis een persoonlijk budgetadvies aan op internet (www.nibud.nl). U krijgt een basisbegroting, een gemiddelde begroting en een sluitende begroting op uw situatie.
  • Bij het Nibud is het computerprogramma ‘De Geldmanager’ (cd-rom) te koop. Hiermee kunt u inkomsten en uitgaven maandelijks bijhouden en een jaaroverzicht maken. Prijs €28,50.
  • Ook van Nibud: ‘Het slimme bespaarboek’, (in samenwerking met de Consumentenbond). De uitgave openbaart dat u vaak meer kan besparen dan u denkt zonder van alles te moeten afzweren. Prijs €12,50.
  • Informatief is Nibud’s ‘Stoppen met werken’, dat helpt bij het in kaart brengen van de financiële kant van pensionering. Prijs €9,50.
  • De uitgaven zijn te bestellen via www.nibud.nl. Per post kan ook (na eerst betaald te hebben): Postbus 19250, 3501 DG Utrecht. Informatie: Nibud, 030-239 13 50.

Hoe kunt u uw pensioen aanvullen?

U kunt voor extra inkomsten na uw 65ste bijvoorbeeld denken aan:

  • Lijfrente
    Sluit een lijfrenteverzekering af die vanaf uw 65ste periodieke uitkeringen (lijfrente) oplevert. Als deze verzekering is bedoeld als oudedagsvoorziening, zijn de betaalde premies aftrekbaar voor de inkomstenbelasting. U moet dan wel een aantoonbaar pensioentekort hebben. Zodra de lijfrente tot uitkering komt, is daarover wel inkomstenbelasting verschuldigd. Gelukkig zijn voor 65-plussers de tarieven lager dan voor 65-minners (zie ook: Bijverdienen om tekort op te vangen).
  • Sparen en beleggen
    Het spaargeld plus rente kunt u aanwenden voor een verondersteld pensioentekort (dit geldt ook voor beleggen en het uit te keren dividend).
  • Huis opeten
    Hebt u een eigen huis, dan kunt u de overwaarde verzilveren door bijvoorbeeld via een krediethypotheek periodiek extra inkomsten binnen te halen.
  • Bijverdienen.
    Zie hierna.

Bijverdienen om tekort op te vangen

Als u uw pensioeninkomsten wilt opvijzelen door bijverdienste, is het goed om te weten dat u in fiscaal opzicht een meevaller hebt. Voor 65-plussers daalt namelijk het belastingtarief in de eerste schijf (tot €16.893) van 34,40 procent naar 16,50 procent (percentages 2005). En in de tweede schijf (€30.357) van 41,95 procent naar 24,05 procent. Dat komt doordat 65-plussers geen AOW-premie betalen.
Wanneer u na uw 65ste blijft doorwerken bij de werkgever bij wie u in dienst bent, kunt u soms afspreken dat het pensioen nog niet wordt uitgekeerd. Daardoor zal het uiteindelijk te ontvangen pensioen hoger uitvallen. In de regel krijgt u voor elk jaar dat u uw pensioen uitstelt, ongeveer 9 procent meer. Hiervoor geldt wel dat het totaal aan pensioen met inbegrip van het AOW-pensioen nooit hoger mag zijn dan 100 procent van uw laatstgenoten salaris. Soms is het mogelijk na uw 65ste verder pensioen op te bouwen. Bij uw werkgever of pensioenfonds kunt u daarnaar informeren.

Gaat u na uw pensionering bij een andere werkgever aan de slag, dan zult u in de regel de ingangsdatum van uw pensioen niet kunnen uitstellen. In dat geval krijgt u naast uw inkomsten uit de baan ook pensioen uitgekeerd. Uw salaris wordt dan niet op het aanvullend pensioen gekort; ook niet op het AOW-pensioen.
Omdat u als AOW’er niet meer onder de werknemersverzekeringen WW en WAO valt, hoeft bij doorwerken uw werkgever hiervoor geen premies (meer) af te dragen. U bent dan als 65-plusser voor uw werkgever goedkoper dan iemand onder de 65 jaar. Wellicht is uw werkgever bereid dit voordeel met u te delen.

Auteur 
Bron 
  • Plus Magazine