11 praktische tips tegen zonverbranding

Getty Images

Zomaar in de zon zitten, is niet verstandig. PlusOnline geeft u elf praktische tips om uw huid goed te beschermen.

De zon helpt uw lichaam bij de aanmaak van vitamine D3. Dat stimuleert weer de aanmaak van botweefsel. Bovendien krijgt u er een gezond kleurtje van. Toch kunt u niet zomaar in zon zitten.

De zon geeft drie soorten UV-stralen af. UV-A: dringt door in de huid en wordt vrijwel niet tegengehouden door de ozonlaag. UV-B: dringt ook door in onze huid, die op deze straling reageert door verkleuring en verdikking. UV-C: deze stralen worden tegengehouden in de ozonlaag.

De inzichten over die UV-stralen zijn sterk veranderd. Bestond het assortiment zonneproducten vroeger nog uit één fles met een simpel middeltje, tegenwoordig liggen de schappen vol producten met verschillende beschermingsfactoren, en voor verschillende huidtypen. Van licht tot donker en van jong tot oud want ook een oudere huid moet worden ingesmeerd.

Een goed zonneproduct helpt uitdroging en huidveroudering voorkomen en beschermt tegen verbranding en beschadiging. Dat is erg belangrijk, want een huid die geregeld zonverbrand is, loopt voor altijd beschadiging op. Hierdoor kan op langere termijn zelfs huidkanker ontstaan (melanomen). Bovendien bent u na verbranding extra vatbaar voor infecties en kunt u een zonnesteek oplopen. En de zon maakt daarbij geen onderscheid tussen mannen- en vrouwenhuid!

Welke beschermingsfactor heeft uw huid nodig?

Komt uw huid in contact met zonnestralen dan wordt, als een soort verdediging, melanine aangemaakt. Daardoor verkleurt de huid. Dit ‘bruin’ worden beschermt de kerncellen tegen verbranding door de schadelijke UV straling. Helaas heeft dit ingenieuze systeem een beperkte capaciteit en ondersteuning nodig met een anti-zonnebrandmiddel.

Heeft u een lichte huid, ouderdomsvlekken of een aandoening als vitiligo, waarbij het pigment uit de huid verdwijnt? Dan heeft u een middel met hogere beschermingsfactor nodig dan wanneer u een donkere huid heeft. De beschermingsfactor van een zonnemiddel vindt u op de verpakking. Let wel: een zonneproduct, ook al is het helemaal afgestemd op uw huidtype, is geen vrijbriefje om eindeloos in de zon te liggen. Ook al krijgt u daar nog zo’n zonnig humeur van!

Welk zonnebrandmiddel kunt u gebruiken?

Gebruik een anti-zonnebrandmiddel met goede beschermingsfactor of een Sun Protection Factor (SPF) tegen zowel UV-A als UV-B stralen. Insmeren minimaal een half uur voordat u in de zon gaat. Na twee uur loopt de werkzaamheid terug en moet u opnieuw smeren. Dit geldt ook voor middelen waar ‘waterproof’ op staat. Herhaal het smeren zeker na het zwemmen of bij sterke transpiratie.

Na het zonnen: voorzichtig douchen zonder zeep te gebruiken.

Gebruik een aftersunproduct om de huid te verzachten, te kalmeren en te ontspannen.

Is uw huid toch verbrand? Koel deze af met behulp van natte kompressen. Oma’s huismiddeltjes, komkommer en yoghurt, doen het ook nog best als eerste hulp bij verbranding.

Heeft u last van zonneallergie (jeukende bultjes, blaasjes en schilfers), gebruik dan een goede sunblock. Soms ontstaat zonneallergie door de ingrediënten van een anti-zonnebrandmiddel. Probeer in dat geval een ander product.

Elf zonnige tips om uw huid te beschermen

  1. Draag beschermende kleding en een hoed of pet met zonneklep.
  2. Laat de huid geleidelijk aan de zon wennen.
  3. Blijf tussen 11.00 en 15.00 uur uit de zon.
  4. Drink voldoende (water).
  5. Gebruik extra zout (geen zouttabletten).
  6. Pas op met heldere lucht, sneeuw, water en zand: de zonnestraling wordt gereflecteerd en werkt daardoor sterker op de huid.
  7. Parasols en bewolking laten UV-stralen door. Anti-zonnebrand blijft nodig.
  8. Let op met cosmetica en medicijnen. In combinatie met zonlicht kunnen vervelende huidreacties optreden. Informeer bij uw apotheek of huisarts.
  9. Alcohol en zon zijn een slechte combinatie. Alcohol verwijdt de bloedvaten en kan zo zonnebrand verergeren.
  10. Bescherming blijft noodzakelijk, ook al heeft u al een mooi bruin kleurtje.
  11. Vergeet uw ogen niet: draag een goede zonnebril. De kleur van de glazen zegt niets over de bescherming. Dat is wel het geval met een zonnebril die volgens de EU-norm is.

Uw huid is uw grootste orgaan. Verzorg haar goed. Geniet van de zon, krijg een stralend humeur en een gezond tintje maar doe het zonbewust.

Welk huidtype heeft u?

  • Type I: zeer licht huidtype, bruint bijna niet, verbrandt altijd. Factor 30 of hoger;
  • Type II: licht huidtype, bruint langzaam, verbrandt vrij snel. Factor 15-20;
  • Type III: vrij licht huidtype, bruint snel, verbrandt niet snel. Factor 10-15;
  • Type IV: huidtype iets getint, bruint snel, verbrandt vrijwel nooit. Factor 5-10;
  • Type V: Aziatisch huidtype. Nodig: lage/geen beschermingsfactor.
  • Type VI: negroïde huidtype. Nodig: lage/geen beschermingsfactor.  

Hoe lang kunt u in de zon zonder te verbanden?

Bepaal uw huidtype. Kijk welk zonnekrachtgetal daarbij hoort. Combineer dit getal met de UV-index. Die wordt dagelijks vermeld op de website van het KNMI en in de weerberichten op radio en tv.

Zonnekrachtgetal

Type I: 60
Type II: 100
Type III: 200
Type IV: 300
Type V: 400
Type VI: 500

UV-index 1 - 2: vrijwel geen
UV-index 3 - 4: zwak
UV-index 5 - 6: matig
UV-index 7 - 8: hoog
UV-index 9 - 10: zeer hoog

Met huidtype III is uw zonnekrachtgetal 200. Is de UV-index 4 dan deelt u 200 door 4. Met deze berekening kunt u 50 minuten in de zon zitten zonder te verbranden. Door een product met beschermingsfactor te gebruiken verlengt u dit aantal minuten.