4 vragen over kleinschalige verpleeghuizen

Kleinschalige verpleeghuizen zijn vaak een gezellige woonmogelijkheid voor mensen die het niet meer alleen afkunnen. Maar wat zijn dit precies voor instellingen?

1 Wat houdt deze woonvorm precies in?

In kleinschalige verpleegvoorzieningen delen zes tot acht bewoners (demente ouderen) met elkaar een huiskamer. Daarnaast hebben ze een eigen zit-slaapkamer. In de huiskamer vindt het dagelijks leven plaats, onder leiding van een verzorgende. De maaltijden worden er gebruikt, men kijkt er televisie en op verjaardagen schuift de familie van de jarige gezellig aan. De bewoners steken zelf ook de handen uit de mouwen, schillen aardappelen, snijden de boontjes, vouwen de was op en doen samen met de medewerkers boodschappen, als ze daartoe in staat zijn. ’s Nachts is er een verpleegkundige.

De kracht van deze woonvorm is de huiselijke sfeer en de flexibiliteit – langslapers draaien zich ’s morgens nog eens lekker om en wie een borreltje wil aan het einde van de middag kan dat krijgen. Door de kleinschaligheid voelen de bewoners zich veiliger. Maar ook de medewerkers willen nooit meer iets anders. Ze zijn nauw verbonden met hun huiskamer en leren de bewoners – met al hun wensen en noden – heel goed kennen.
Een locatie wordt kleinschalig bevonden als er maximaal 24 bewoners samenleven in groepen van zes tot acht personen.

2 Waar vind ik zo’n tehuis?

Steeds meer verpleeghuizen omarmen deze vorm van zorg. De woningen zijn soms onderdeel van een bestaand, groter verpleeghuis, soms zijn het aparte huizen in de wijk. Dat maakt voor de kwaliteit en de sfeer niet zoveel uit, beide vormen zijn goed.

Voor locaties kunt u de website www.kcwz.nl* raadplegen. Linksonder vindt u de ‘Databank Wonen-Zorg’. Klik op ‘Naar databank’. Kies uw woonplaats of naburige gemeente of selecteer alleen een provincie als u ruimer wilt zoeken. Belangrijk: kies in het veld ‘soorten’ voor ‘kleinschalig wonen’.

* De website van het Kenniscentrum Wonen-Zorg (KCWZ) is onderdeel van Aedes (vereniging van woningcorporaties) en Actiz (organisatie van zorg-ondernemers).

3 Kan ik de kwaliteit controleren?

Kleinschalige zorg doet het opmerkelijk goed, zo blijkt uit de jaarlijkse meting van de Volkskrant. Deze krant heeft een ranglijst gemaakt van 284 verpleeghuizen en 1157 verzorgingshuizen en verzorgingshuizen met een verpleegunit.

De winnaar onder de verpleeghuizen is een kleinschalig verpleeghuis, De Naber in Rotterdam. Het best scorende verzorgingshuis is Menno Simons in Amsterdam, dat slechts 28 tweekamerappartementen heeft.

Op www.volkskrant.nl/verpleeghuizen vindt u de complete ranglijst. Wilt u weten hoe het verpleeghuis of de zorginstelling van uw keuze ervoor staat of hoe verschillende tehuizen bij u in de buurt het doen, typ dan de betreffende postcode in het venster linksboven. En daarna op ‘Zoek’.

4 Hoe ziet de toekomst eruit?

Dat kleinschaligheid het goed doet, is ook de regering niet ontgaan. Begin dit jaar stelde staatssecretaris Bussemaker van VWS €80 miljoen beschikbaar voor het stimuleren van kleinschalig wonen.

Op dit moment is 12 procent van de zorg kleinschalig georganiseerd. Met het geld van de staatssecretaris moet dat in vier tot vijf jaar tijd 30 procent worden. De Stichting Alzheimer Nederland wil dat kleinschalig de norm wordt voor wonen met dementie.

Toch is het niet allemaal rozengeur en maneschijn. Dit jaar werd er een nieuw financieringsstelsel in de zorg ingevoerd (ZZP) dat helemaal niet is toegesneden op de kleinschalige zorg. Er wordt nog gezocht naar oplossingen.

 

Auteur