Van grapefruit tot zuivel: let op met voeding en uw medicijngebruik

Voeding en supplementen gaan niet (altijd) samen met medicijnen

grapefruit met medicijnen
Getty Images

Wist je dat wat je eet de werking van je medicijnen kan beïnvloeden? Sommige werken minder goed als je er zuivel bij eet, en grapefruit zorgt dat bepaalde stoffen te lang in je lichaam blijven. Farmadiëtist Ilona Suurs weet alles van dit soort interacties.

Bron 
  • Plus Gezond

Denk je goed bezig te zijn door veel grapefruitsap te drinken, blijkt dat dit zorgt voor meer bijwerkingen van je medicijnen. Of je slikt braaf een knoflooksupplement terwijl daardoor bloedverdunners minder goed werken… Van alle ziekenhuisopnames van 65-plussers heeft ruim 10 procent een relatie met medicijngebruik. Daar vallen ook bijwerkingen van medicijnen onder die veroorzaakt worden door een reactie met voeding. Volgens Ilona Suurs, farmadiëtist in het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg en gespecialiseerd in de relatie tussen voeding en medicijnen, is het van belang om rekening te houden met die interactie. “Dan werken je medicijnen beter en kun je meteen sommige bijwerkingen voorkomen.”

Voor of na het eten

Dat begint al met het tijdstip van innemen. “Voordat een medicijn z’n werk kan doen in het lichaam, legt het een hele reis af: via de mond, slokdarm, maag, darm en lever gaat het naar de plek waar het nodig is. Maar eerst is een goede voorbereiding nodig. Er zijn medicijnen die je beter opneemt en die sneller werken als je nuchter bent. Dit betekent dat je zo’n medicijn een bepaalde tijd voor of na het eten moet innemen. Of in de ochtend, direct als je wakker bent. Daarnaast mag je soms een periode na het innemen niets eten. Hoe lang precies, verschilt per medicijn. Dat staat in de bijsluiter. Andere medicijnen ‘plakken’ juist liever aan een vette maaltijd, je lichaam neemt ze dan beter op. Er zijn ook medicijnen die juist maagklachten kunnen geven op een lege maag. Dan is het belangrijk dat je iets eet als je ze inneemt.” 

Via je mond en slokdarm gaan de medicijnen naar je maag. Vervolgens worden ze in de darmen opgenomen en aan het bloed afgegeven. “Daarvoor zijn zogeheten transporterstoffen nodig”, aldus Suurs. “Maar in voeding zitten eiwitten die ook transporterstoffen nodig hebben om opgenomen te worden. Dan geldt: vol is vol. Daarom worden bepaalde medicijnen beter opgenomen op een nuchtere maag.” 

Het ene middel werkt goed op een nuchtere maag, het andere ‘plakt’ graag aan een vette maaltijd

Rond de opname in de darmen is er ook een link met zuivel. “Bepaalde medicijnen, zoals sommige antibiotica, mag je niet mengen of innemen samen met bijvoorbeeld yoghurt, melk, karnemelk en kaas. Het calcium in zuivelproducten gaat namelijk een verbinding aan met die medicijnen waardoor het lichaam ze niet meer goed kan opnemen en de werking vermindert.”

Meer bijwerkingen door wisselwerking

Via darmen en bloed gaan de medicijnen naar de lever waar ze worden omgezet in de juiste stof. Voor deze omzetting zijn enzymen nodig, maar enkele enzymen worden ook gebruikt door stoffen in grapefruit. Farmadiëtist Ilona Suurs: “In de lever zijn voor die omzetting bepaalde enzymen zoals CYP3A4 verantwoordelijk. Wanneer je grapefruit eet of het sap drinkt, werkt CYP3A4 minder goed. Daardoor blijven bijvoorbeeld statines langer in het bloed en nemen de bijwerkingen toe. Bij medicijnen die dezelfde enzymen nodig hebben als grapefruit, is het advies om grapefruit te mijden.”

In de bijsluiter of op het medicijndoosje kunnen twee grapefruit-teksten staan:

  1. Pas op met grapefruit(sap). Je mag dan niet meer dan twee dagen per week één tot twee grapefruits eten of een glas sap drinken. Elke keer dat je grapefruit eet of het sap drinkt moet je minimaal drie dagen wachten voordat je dat weer doet. 
  2. Bij dit middel geen grapefruit(sap) gebruiken. Bij deze waarschuwing mag je helemaal geen grapefruit eten of grapefruitsap drinken. Suurs vertelt dat na de lever het medicijn naar de plek gaat waar het nodig is, of naar de nieren om de stof uit te scheiden. “Onder andere de nieren zorgen dat je de restanten uit plast. Een medicijn maakt dus een hele reis door het lichaam. Maar de meeste interactie met voeding vindt plaats rond de opname in de darmen en de omzetting in de lever.”

Alcohol en medicijnen

Dat veel medicijnen niet goed samengaan met alcohol, weten de meeste mensen wel. Ze kunnen de afbraak van alcohol vertragen. Hierdoor blijven de giftige afbraakproducten langer in het lichaam en dit kan zorgen voor misselijkheid, hoofdpijn en duizeligheid. Alcohol kan ook bijwerkingen van medicijnen versterken. Zo zijn er pijnstillers met als mogelijke bijwerking irritatie van het maagslijmvlies. Door alcohol kan dit sneller gebeuren. Bij medicijnen die het reactievermogen verminderen, zoals middelen tegen epilepsie en depressie, kan alcohol zorgen voor sufheid, slaperigheid, moeheid en/of duizeligheid. Daarnaast verwijdt alcohol de bloedvaten. Wie een medicijn gebruikt dat bloedvaten wijder moet maken, kan in combinatie met alcohol duizelig worden.

Medicijnen stapelen

Ook leeftijd speelt een rol als het gaat om de effectiviteit van medicijnen. Dit heeft verschillende oorzaken. Zo wordt de hoeveelheid vocht in het lichaam minder als je ouder wordt, waardoor medicijnen die goed oplossen in water sterker werken. Verder worden de hersenen met de jaren gevoeliger voor bepaalde medicijnen, waardoor bijwerkingen zoals duizeligheid eerder optreden. En als de nieren minder goed zijn gaan werken, duurt het langer voor een medicijn helemaal uit het lichaam is verdwenen. Hierdoor kan het langer of sterker effect hebben. Suurs: “Ouderen slikken bovendien vaak meerdere medicijnen per dag, dat noemen we polyfarmacie. Al die medicijnen kunnen elkaars werking versterken of verzwakken.”

Uit onderzoek blijkt dat het stapelen van medicijnen vaak gepaard gaat met het risico op een vitamine D-tekort. Hoewel niet altijd duidelijk is of het medicijngebruik de oorzaak is van het vitamine D-tekort, is het bij polyfarmacie raadzaam om regelmatig het vitamine D-gehalte in je bloed te laten controleren. Zo weet je of het nodig is om extra vitamine D te slikken.

Suurs: “Veel ouderen krijgen ook een maagbeschermer voorgeschreven om hun maag te beschermen tegen al die medicijnen, zoals protonpompremmers. Maar langdurig gebruik van een maagbeschermer kan leiden tot een tekort aan magnesium en een laag vitamine B12-gehalte. Ik adviseer dan ook altijd om die gehaltes in het bloed te laten controleren wanneer protonpompremmers langer dan een jaar worden gebruikt.”

Valeriaan, Sint-Janskruid en kurkuma

Zelfs met kruidensupplementen kunnen wisselwerkingen optreden. Farmadiëtist Ilona Suurs: “Zo kunnen knoflooksupplementen de werking van bloedverdunners verstoren, valeriaan gaat niet goed samen met anti-psychotica en Sint-Janskruid kan de werking van onder meer antibiotica, maagzuurremmers, bloedverdunners, bètablokkers en de anticonceptiepil beïnvloeden. Voor mensen met kanker is het belangrijk om te weten dat kurkumasupplementen een negatief effect hebben op de werking van tamoxifen, een middel dat bij borstkanker wordt voorgeschreven.”

Sint-Janskruid kan de werking van onder meer antibiotica en maagzuurremmers beïnvloeden

Zij adviseert om je apotheker te informeren over alles wat je aan medicijnen en supplementen inneemt. “Ook als het gaat om een supplement dat je bij de drogist hebt gekocht of een zelfzorgmedicijn. De apotheker houdt dan het overzicht en kijkt of er in jouw geval interacties kunnen ontstaan. Want je wilt natuurlijk voorkomen dat een medicijn niet werkt zoals het moet doordat je er iets anders naast gebruikt. Lees ook altijd de bijsluiter zodat je weet hoe en wanneer je een medicijn het beste kunt innemen. Handig is apotheek.nl als je meer wilt weten over medicijnen en wisselwerkingen, want er zijn nog veel meer interacties dan hier besproken.”

Een andere versie van dit artikel verscheen eerder in Plus Gezond juli 2025. Abonnee worden van het blad? Dat doe je in een handomdraai.