Mijn verhaal: luidruchtige buurman

Alexandra (57): ‘Bij ieder geluid dacht ik: nee toch, gaat het weer beginnen?’

Getty Images

Alexandra vertelt haar aangrijpende verhaal over overlast met de buren. Dit werd op een gegeven moment zo erg, dat ze er overspannen door raakte.

'Door omstandigheden woonde ik lang op kamers bij een hospita. Toen ik kon verhuizen naar een lichte driekamer-bovenwoning was ik dus dolblij. Nu had ik eindelijk een plekje voor mezelf. In een rustige, groene buurt aan de rand van het centrum. Wat had ik het getroffen.'

'Ik merkte al snel hoe gehorig het was'

'Verheugd bracht ik de verhuisdozen via de smalle trap naar boven. Maar al snel daarna merkte ik hoe gehorig het was – én dat er onder mij een stel woonde dat er totaal geen rekening mee hield dat onze woningen slechts gescheiden werden door een dunne, houten vloer. Overdag hoorde ik ze met deuren slaan en boos tegen elkaar schreeuwen. ’s Nachts, als ik in bed lag, moest ik aanhoren hoe ze wild aan het vrijen waren.'

De nieuwe bewoner Henk

'Toen zij verhuisden, slaakte ik een zucht van verlichting. Ik had alleen nooit verwacht dat de burenoverlast nog veel erger zou worden. Na het luidruchtige stel woonden er twintig jaar lang prettige, rustige mensen onder mij. Daarna werd Henk mijn nieuwe onderbuurman. Henk was werkloos en had een groot alcoholprobleem. Zijn huis leek vaak wel een kroeg. Ik hoorde hem met zijn vrienden keihard praten en meeblèren met Een beetje verliefd. De geur van hun sigaretten drong via de kieren in de gang mijn huis binnen.'

Brullen
'Maar het allerergst was het brullen. Een paar keer per week, vaak ’s nachts, hoorde ik hem plotseling hardop vloeken en met zijn vuisten woest tegen de muren bonken. Daarna was het even stil en vervolgens begon hij ongecontroleerd hard te schreeuwen. Alsof hij gek werd van razernij. Ik verstarde helemaal, vond het zó angstaanjagend. Ik ben zelfs een keer ’s nachts in mijn pyjama en met mijn dekbed onder mijn arm naar een vriendin gevlucht die een straat verderop woont.'

'Zo'n buurman is afschuwlijk'
'Het is afschuwelijk om zo’n buurman te hebben. Overdag ging ik mijn huis mijden. Liever fietste ik doelloos urenlang in het rond, dan dat ik thuis wilde zijn. Na een dag hard werken reed ik met tegenzin naar huis, me afvragend of ik die avond een keer tot rust zou kunnen komen. Wat vaak niet het geval was. Want ook als het wel stil bleef, was ik alert. Bij ieder geluid dacht ik: nee toch, gaat het weer beginnen?'

Overspannen

'Ik raakte oververmoeid en overspannen. Kon me op mijn werk niet meer concentreren. Toch wilde ik niet verhuizen. Eigen­lijk uit principe. Ik vond het de om­gekeerde wereld als de overlastveroorzaker in dat fijne huis mocht blijven wonen en ik weg moest. Ik beet me erin vast en bouwde een dossier op voor de woningbouw­vereniging. Alles schreef ik op.'

'Uiteindelijk is hij het huis uit gezet'
'Het beheerste mijn leven, maar uiteindelijk is hij het huis uit gezet. De vloer is inmiddels geïsoleerd en er woont nu een beschaafde mevrouw onder mij. Ik kan me weer ontspannen. Ik vind het zo fijn om lekker te kokkerellen of uitgebreid een krant te lezen zonder te denken: wanneer begint het weer? Mijn huis is weer van mij.'

Auteur 
Bron 
  • Plus Magazine