De 7 beste Alpentoppen voor beginners

Getty Images

Ervaring heb je niet nodig, een gids ook niet. Iedere beginnend bergwandelaar met goede conditie kan deze reuzen bedwingen.

Zwitserse Alpen: Oberrothorn, 3415 meter

Rond het dorp Zermatt vind je de grootste verzameling ‘vierduizenders’: bergtoppen van meer dan 4000 meter hoog. De Oberrothorn ligt midden tussen deze pieken. Vanuit Zermatt neem je in drie etappes de kabelbaan naar de top van de Unterrothorn. Hiervandaan wandel je over een breed en goed gemarkeerd slingerpad in twee uur naar de top. Eenmaal boven ontvouwt zich een weids panorama en zie je maar liefst 35 vierduizenders: van de beroemde Matterhorn tot aan de Dom (met z’n 4545 meter de hoogste berg van Zwitserland). Een absolute sensatie.

Franse Alpen: Madone d’Utelle, 1194 meter

Hoog is deze top niet, maar je bent er wel in een mum van tijd vanaf de Middellandse Zee én er is een bedevaartsoord. Veel katholieken die aan de Côte d’Azur vertoeven, tuffen in bussen naar de kapel op de top. Vanaf de andere kant is de beklimming van de berg een mooie wandeling. Deze begint in het op 350 meter hoogte gelegen gehucht Le Cros-d’Utelle, aan het begin van de Vésubie: een diep bergdal ten noorden van Nice op nog geen uur rijden van de luchthaven. Via verlaten alpenweiden en door schaduwrijke kastanjebossen wandel je via een goed pad in drie uur naar de top, waar je in de kapel een gebedje kunt doen. Bij de Belgische priester die er huist kun je ook heerlijk lunchen of een pintje pakken.

Italiaanse Alpen: Strudelkopf, 2307 meter

Tijdens de Eerste Wereldoorlog liep het front dwars over de toppen van de Dolomieten en het Ortler-gebergte – over een lengte van 600 kilometer. Zelfs vandaag de dag vind je overal nog restanten van de bloedige strijd die hier is uitgevochten. Vanuit het stadje Toblach (op z’n Italiaans: Dobbiaco) rijd je met de auto door een schitterend dal naar de Plätzwiese. Parkeer bij de Plätzwiesenhütte en loop over het hooggelegen plateau naar de in 1917 door de Italianen in puin geschoten Oostenrijkse kazerne. Vandaar gaat het een paar honderd meter omhoog naar de Strudelkopf. Daar staat een enorm kruis ter nagedachtenis aan de gevallenen uit beide Wereldoorlogen.

Zwitserse Alpen: Piz Amalia, 2918 meter

Sinds juni 2004 is deze berg officieel vernoemd naar onze toekomstige vorstin en staat hij als zodanig op de lokale wandelkaarten. Een prachtig wandeldoel, dat begint in het Heidi-en-Peter-achtige bergdorpje S-charl, verstopt in het hart van de Engadiner Dolomieten. Hier kun je een nacht slapen in het romantische Gasthaus Mayor of in het culinair hoogstaande Alpengasthof Crusch Alba, om de volgende ochtend vroeg op stap te gaan. Het gebied van de Piz Amalia grenst aan het Zwitsers Nationaal Park. De kans is groot dat je tijdens de wandeling gezelschap krijgt van steenbokken en gemzen.

Sloveense Alpen: Triglav, 2864 meter

De Alpen krullen in het oosten tot in Slovenië. De hoogste top van dit land is de Triglav, die wandelaars zonder al te veel moeite kunnen beklimmen. Men zegt wel dat iedere Sloveen de berg minimaal eenmaal in zijn leven moet hebben beklommen. Dat leidt tot bizarre situaties. Zo resideert er op feestdagen een postbeambte op de top die stempels zet op de meegebrachte brieven en kaarten. Maar voor je er bent, wacht je een stevige tippel van ruim zeven uur. Daarom wordt de tocht naar de top door de meeste wandelaars in twee dagen afgelegd. Geen straf, want onderweg ligt de berghut Kovinarska koca, waar je kunt eten en onder paardenharen dekens kunt slapen. Een avontuur op zich.

Italiaanse Alpen: Becca di Nona, 3142 meter

Vaak wordt vergeten dat het grootste gedeelte van de Alpen niet in Zwitserland of Oostenrijk ligt, maar in Italië. Aan de zuidkant van de Mont Blanc strekt zich het Valle d’Aosta uit. Ooit was het gebied onderdeel van de Franse Savoye, nu vind je er een mooie mix van Italiaanse en Franse cultuur. Vlak boven de stad Aosta ligt een fraaie wandeltop: de 3142 meter hoge Becca di Nona. Vanuit de stad kun je met de telecabina naar de berg Pila (1814 meter hoog) en vervolgens met een stoeltjeslift naar de Chamolé op 2300 meter hoogte. Vanaf dit punt is het via de Alpe Comboé vier uur wandelen naar de Becca. Beloning: uitzicht op de Mont Blanc en op Aosta.

Oostenrijkse Alpen: Mauskarspitze, 2373 meter

Oostenrijk grossiert in gemarkeerde paden. We kiezen voor een tocht die begint in Bad Hofgastein. Neem de kabeltrein en vervolgens de Schloss­almbahn omhoog. Daarna beklim je in een uurtje de Mauskarspitze. Het leukste zit ’m in de lange afdaling naar Bad Hofgastein. Je passeert dan de Brandner Hochalm, een eeuwenoude boerderij die door Grossvater Matthias Kreuzer en kleindochter Manuela wordt bestierd. In hun hut kun je verse kaas, melk, boter en yoghurt proeven. En wellicht ook een stuk gemzenworst, door grootvader zelf bereid.

Auteur 
Bron 
  • Plus Magazine