De koopkracht neemt veel minder toe dan eerder gedacht, vooral de hogere zorgkosten en inflatie spelen parten.
Het zou er zo mooi uit moeten zien volgens de koopkrachtplaatsjes, die eind vorig jaar de ronde deden. Het Nibud publiceerde gisteren echter cijfers waaruit een heel andere waarheid blijkt. Mensen met een inkomen tot € 35.000 gaan er wel op vooruit, maar midden inkomens die meer dan € 35.000 verdienen zien hun koopkracht juist (bescheiden) dalen.
Mensen met een inkomen onder de € 35.000 bruto per jaar, zien hun inkomen tussen de € 4 en € 27 per maand stijgen. Bij de midden en hoge inkomens wisselt de koopkracht tussen de min € 18 en plus € 14 per maand.
Ouderen met een aanvullend pensioen zien de koopkracht dalen, dat kan zelfs gaan om een daling van € 50 per maand. Dit kan gaan om een koopkrachtdaling van ruim 50 euro per maand. Ook voor vroeg gepensioneerden daalt de koopkracht. Zij profiteren (nog) niet van hogere heffingskortingen waar AOW’ers wel van profiteren en gaan er gemiddeld twee tientjes per maand op achteruit. Enig lichtpuntje: de eigen bijdrage WMO is per dit jaar verlaagd. De groep alleenverdieners met een chronische zieke of gehandicapten partner profiteert hier het meest van.
Op de site van het Nibud kan gebruik gemaakt worden van de Koopkrachtberekenaar, zodat u zelf kunt uitrekenen of uw koopkracht er dit jaar op voor- of op achteruit gaat.
Bron: Nibud
