Vijftigplussers met weinig geld voelen zich minder gezond

Vrouw met lege portemonnee
Getty Images

Vijftigplussers met een laag inkomen ervaren hun gezondheid aanzienlijk vaker als minder goed dan leeftijdsgenoten met meer financiële ruimte. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), gepubliceerd in Leven in armoede 2025.

Van de mensen die onder of net boven de armoedegrens leven, geeft 40 procent aan dat hun gezondheid niet goed is. Bij huishoudens met meer te besteden ligt dat percentage op 21 procent. Het verschil wordt vooral zichtbaar vanaf middelbare leeftijd. 

Iemand is arm als in het huishouden na het betalen van de woon- en energielasten, de zorgverzekering en het eigen risico te weinig geld (inkomen en eventueel spaargeld of ander direct te besteden bezit) overblijven voor de andere basisbehoeften. De hoogte van de armoedegrens is vastgesteld op basis van de uitgavenposten die minimaal nodig zijn om volwaardig mee te kunnen doen in de samenleving. De grens verschilt per huishoudenstype. Iemand is bijna-arm als het inkomen van het huishouden tot 25 procent bóven de armoedegrens ligt, en de vermogensbuffer eronder.  

Lees ook: Zorgverzekering in 2026 duurder voor vrouwen dan voor mannen

Vooral tussen 45 en 65 jaar grote verschillen

Onder mensen van 45 tot 65 jaar met weinig geld zegt zelfs twee derde dat zij zich minder gezond voelen. Bij leeftijdsgenoten met een hoger inkomen is dat 25 procent. Ook bij 65-plussers blijft het verschil groot: 56 procent van de ouderen met weinig geld ervaart een minder goede gezondheid, tegenover 36 procent van de ouderen met meer financiële middelen. Volgens het CBS hangt een hogere leeftijd doorgaans samen met een slechtere gezondheid, maar bij mensen met een laag inkomen doen gezondheidsklachten zich vaak al eerder en sterker voor.

Meer beperkingen 

Niet alleen de ervaren gezondheid verschilt, ook het aantal mensen met lichamelijke beperkingen ligt hoger. In huishoudens met weinig geld zegt 45 procent een beperking te ervaren door gezondheidsproblemen. Bij mensen met meer te besteden is dat 28 procent.

Opnieuw springt de groep 45- tot 65-jarigen eruit: 70 procent van de mensen met weinig geld in deze leeftijdsgroep heeft te maken met een beperking. Ter vergelijking: bij leeftijdsgenoten met een hoger inkomen is dat 34 procent. Ook onder 65-plussers komen beperkingen vaker voor bij mensen met een lager inkomen.

Grote verschillen in levensverwachting

De ongelijkheid werkt door tot in de levensverwachting. Mannen met weinig geld leven gemiddeld negen jaar korter dan mannen met meer financiële ruimte: 72 jaar tegenover 81 jaar. Bij vrouwen bedraagt dat verschil zeven jaar (77 tegenover 84 jaar).

Ook het aantal jaren dat mensen in goede gezondheid leven, verschilt sterk. De levensverwachting in goede gezondheid bij geboorte ligt bij mannen met meer geld gemiddeld 21 jaar hoger dan bij mannen met weinig geld. Bij vrouwen is dat verschil zelfs bijna 22 jaar.
 

Auteur 
Bron 
  • CBS