Verkeersongeluk gehad? Dit zijn je rechten en plichten

Moet ik de politie erbij halen?

Dat hoeft niet per se. Het hangt af van de omstandig­heden en de zwaarte van het ongeluk. Als er alleen lichte­ blikschade is bij een kleine aanrijding, hoef je de politie niet te bellen. Je kan dit dan onderling met de andere partij regelen. Is de schade groot of zijn er gewonden, bel dan altijd 112. Politie, ambulance en eventuele andere hulpdiensten helpen je vervolgens verder. Bel ook 112 als er iemand uit het buitenland bij betrokken is, als de andere partij dronken of gewelddadig is, of als iemand geen rij­bewijs of verzekering heeft. Is iemand doorgereden na het ongeluk of kom je er samen niet ter plaatse uit, dan kun je eveneens de politie bellen.

Let op! In het buitenland kan dit anders zijn. ­Wellicht moet je daar met alleen blikschade de ­politie bellen.

Mag ik doorrijden na een ongeluk, bijvoorbeeld als er geen schade lijkt te zijn?

Je mag nooit zomaar wegrijden van een ongeluk. Je moet eerst altijd goed vaststellen of er schade is en of niemand gewond is geraakt. Zomaar de plek van een ongeval verlaten is zelfs strafbaar in Nederland. Je hoort altijd je gegevens achter te laten bij de ­andere partij en eventuele gewonden bij te staan. Als het gaat om een eenzijdig ongeluk, waarbij je bijvoorbeeld tegen een geparkeerde auto bent aangereden, hoor je ook je gegevens kenbaar te maken. Meld de schade bij je verzekeraar en meld het bij de politie via 0900-8844.

Moet ik mijn voertuig op zijn plek laten staan na een ongeluk?

Dat hangt van de situatie af. Als het voertuig het overige verkeer niet hindert, kun je het laten staan of liggen. Staat het voertuig in de weg, dan moet je het – als dat mogelijk is – verplaatsen naar een veiligere plek. Op de snelweg kan dat de vluchtstrook zijn. Het is nog beter even door te rijden naar een tankstation of parkeerplaats, maar alleen als die binnen bereik is.

Maak eerst zoveel mogelijk foto’s van beschadigingen aan voertuigen en van sporen van het ongeluk. Zoals remsporen, glas en beschadigd straatmeubilair als borden en lantaarnpalen. Ook hier geldt: ­alleen als het veilig kan.

Wat moet ik doen als de ander aanbiedt de schade ter plaatse te betalen?

Ga daar nooit op in. Je kunt namelijk nooit goed ­inschatten hoe ernstig de werkelijke schade is. Als die te laag wordt geschat, wat meestal het geval is, heb je achteraf geen been om op te staan. Ook kan het zijn dat je later nog gezondheidsgevolgen ondervindt van een ongeval. Regel daarom de schade ­altijd kalm en volgens de regels.

Je kunt schade direct melden via de website www.mobielschademelden.nl of de bijbehorende app. Als je foto’s hebt gemaakt van het ongeval met je smartphone, kun je die direct meesturen. De andere officiële­ manier is het Europees Schadeformulier ­invullen. Zorg er altijd voor dat je een exemplaar bij je hebt onderweg. Je ontvangt standaard een Europees Schadeformulier van je verzekeraar, maar hij is ook te downloaden op de verzekeraarssite.

Vul in samenwerking met de andere partij de gegevens online of op het papieren schadeformulier in. Als alles klaar is, ondertekenen de betrokkenen het formulier. Vermeld eventuele getuigen van het ­ongeluk. Dit mogen de mensen zijn die met je ­meereden.

Houd er rekening mee dat het ondertekenen van een schadeformulier niet meteen een schuldbekentenis is en stuur het formulier ook op als de andere partij het niet wil ondertekenen.

Getty Images

Hoe wordt de schadevergoeding geregeld?

Je moet in principe zelf de schadekosten dragen, ­behalve als aangetoond kan worden dat iemand ­anders aansprakelijk is. Wettelijk moet daarvoor de andere partij een onrechtmatige daad begaan hebben.­ In de praktijk betekent dat een fout of ­over­treding in het verkeer, zoals geen voorrang ­geven of dronken rijden. Het is hierbij natuurlijk ­belangrijk dat er bewijs is, dus daarom is het nodig dat je ­foto’s, getuigen en een ingevuld schade­formulier hebt.

Voor een goede schadeafhandeling moet je zo snel mogelijk je voertuigverzekeraar op de hoogte stellen en eventueel andere verzekeraars, zoals voor ziektekosten of reizen, als die een rol spelen. Je bent ­verplicht dit zo snel mogelijk te doen, gewoonlijk binnen drie dagen. Meer informatie hierover vind je bij de voorwaarden van je verzekering.

Gewoonlijk regelen verzekeringsmaatschappijen na het indienen van een claim de aansprakelijkheid en bijbehorende schadeafhandeling onderling. Het kan zijn dat je hiervoor nog extra informatie moet geven.

Ik heb letsel opgelopen bij een verkeers­ongeluk. Wat moet ik doen?

Natuurlijk is het belangrijk dat er eerst medische hulp wordt ingeroepen als je gewond blijkt te zijn. Dat klinkt vanzelfsprekend, maar is het niet. Want zelfs als er op het eerste gezicht weinig aan de hand lijkt, kun je toch iets opgelopen hebben, zoals een breuk of interne bloeding. Of ander letsel dat zich in de tijd meer ontwikkelt, denk daarbij bijvoorbeeld aan nekklachten. Dit geldt ook voor eventuele ­mede-inzittenden. Bij een verwonding of bij twijfel is het altijd verstandig een ambulance te bellen via 112. Probeer een gewonde zelf in de tussentijd zo min mogelijk te bewegen.

Is er in eerste instantie geen medische hulp ingeschakeld, maar krijg je later thuis klachten? Ga dan zo snel mogelijk naar de huisarts of bel een ambulance als het om een spoedgeval gaat. Dit is belangrijk voor het toekomstig kunnen claimen van letsel­schade. Als je pas veel later een arts inschakelt, wordt het een stuk moeilijker om aan te tonen dat je letsel het gevolg was van het ongeluk. Voor een letselschadeclaim is het belangrijk dat alles goed schriftelijk is vastgelegd, zodat je bewijs hebt.

Het claimen van letselschade kost vaak meer tijd dan voor schade aan een voertuig.

In eerste instantie betaal je zelf de kosten via je ziektekostenverzekering. Kosten voor eigen risico, voor niet kunnen werken en andere medische ­zaken kun je claimen door deze zo snel mogelijk na het ongeluk te melden via www.mobielschade­melden.nl of de bijbehorende app. Raadpleeg eventueel je eigen verzekeraar voor ondersteuning.

Voor advies kun je terecht bij je rechtsbijstandsverzekering. Heb je die niet of kun je emotionele en psychische ondersteuning gebruiken? Neem dan voor hulp contact op met Slachtofferhulp via www.slachtofferhulp.nl

Schade claimen bij het Waarborgfonds

Als er geen verzekeraar van de tegenpartij bij een ongeluk is, kun je een beroep doen op het Waarborgfonds Motorverkeer. Bijvoorbeeld als de veroorzaker onverzekerd is of doorreed en daardoor onbekend blijft. Ook wanneer degene die het ongeluk veroorzaakte wel bekend is, maar in een gestolen auto reed, biedt het Waarborgfonds de mogelijkheid om toch de schade vergoed te krijgen.

Het Waarborgfonds bestaat sinds 1965 als vangnet voor mensen die benadeeld waren door ­schade veroorzaakt door een motorvoertuig, waarbij de schade niet is gedekt. Het wordt ­gefinancierd met vaste bijdragen van Neder­landse verzekeraars van motorrijtuigen. Daarmee indirect dus door iedereen die verzekerd met een auto, motor of brommer rondrijdt.

Om aanspraak te maken op een vergoeding moet je aan een aantal voorwaarden voldoen. Zo wordt alleen schade veroorzaakt door een motorvoertuig vergoed door het Waarborgfonds. Hier ­vallen wel speedpedelecs onder, maar geen ­gewone e-bikes. Als je schade hebt aan de auto door bijvoorbeeld vandalisme, een overstroming of als je auto gestolen is, kun je geen claim indienen. Opvallend is dat ook schade aan je fiets, je huis of jezelf kan worden vergoed, zolang die maar veroorzaakt is door een motorvoertuig.

Je kunt een claim bij het Waarborgfonds indienen tot maximaal drie jaar na de schadegebeurtenis. Zorg ervoor dat je bij een strafbaar feit, zoals een dader die is doorgereden na een ongeluk, zo snel mogelijk en maximaal binnen veertien dagen ­aangifte bij de politie doet.

Op Waarborgfonds.­vereende.nl vind je meer informatie over het Waarborgfonds. Je hebt daar ­meteen de mogelijkheid om in een aantal stappen een schade te melden.

Praktische tips na een ongeluk

• Zorg ervoor dat jij en alle andere ­betrokkenen uit de buurt van het ­overige verkeer blijven.

• Zijn er gewonden? Verplaats die dan niet, behalve als er direct levensgevaar door het verkeer dreigt.

• Zet eventueel gevarendriehoeken neer (ze zijn niet meer verplicht) en laat de alarmlichten van de betrokken voer­tuigen knipperen.

• Trek een veiligheidshesje aan om beter gezien te worden.

• Ga op de snelweg altijd achter de vangrail staan en niet op de vluchtstrook.