
Gezondheidsraad adviseert 60-plussers vaccinatie tegen pneumokokken
Jaarlijks komen zo’n 2.600 tot 5.600 ouderen in het ziekenhuis terecht met een longontsteking veroorzaakt door pneumokokken en nog eens ongeveer 1.800 met invasieve pneumokokkenziekte (onder andere hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging). Gemiddeld overlijdt 15 procent van deze patiënten.
Ernstige ziekten en sterfte door pneumokokken
Veel mensen dragen pneumokokken bij zich zonder ziek te worden. De pneumokok kan echter ernstige ziekten en sterfte veroorzaken. Jonge kinderen zijn de voornaamste dragers en verspreiders van pneumokokken in de bevolking. Vooral kinderen, ouderen (vanaf 60 jaar) en mensen met een minder goed werkend immuunsysteem zijn vatbaar voor ziekte door pneumokokken. In Nederland wordt vaccinatie tegen pneumokokken aanbevolen voor mensen uit risicogroepen en kinderen. In veel EU-landen worden ouderen ook al gevaccineerd. Longontsteking is bij ouderen het meest voorkomende ziektebeeld door pneumokokken. Van de in het ziekenhuis opgenomen patiënten met een longontsteking zijn pneumokokken naar schatting bij 20 tot 30 procent de verwekker. Patiënten die pneumokokkenziekte hebben overleefd, hebben nog jaren daarna een naar schatting 15 procent verhoogde kans op overlijden.
Vaccinatie met PPV23 voorkomt 37 procent van de gevallen van invasieve pneumokokkenziekte en 7,5 procent van de longontstekingen veroorzaakt door de 23 typen bacteriën die in het vaccin zitten. Vaccinatie geeft dus geen garantie tegen ziekte door pneumokokken, maar risico's zijn er ook nauwelijks: de bijwerkingen zijn mild en kortdurend.