Clematis stekken

Stap 1

Vroegbloeiende clematissen, zoals de Clematis montana, kunnen in het najaar gestekt worden. De stekjes moeten wel beschut worden tegen vorst. Begin juni is een prima stektijd voor laatbloeiende soorten.

Benodigdheden:

• Potgrond
• Heel fijn grind
• Een plastic potje van 10 bij 10 cm
• Een emmer water
• Een schoon, scherp mes of snoeischaar
• Een plastic zakje
• Een elastiekje.

Stap 2

Neem gelijke delen potgrond en fijn grind en meng deze goed door elkaar.  Doe dit mengsel in het plastic potje en druk het heel licht aan. Gebruik bij voorkeur een plastic pot, want in potten van aardewerk droogt de stekgrond snel uit.
 

Stap 3

Snijd met een scherp, schoon mes of een snoeischaar een rank van de clematis. Knip de rank 5 tot 10 cm onder en vlak boven twee bladparen af. De stek heeft nu twee keer twee bladparen.
 

Stap 4

Haal van het onderste bladpaar de bladeren weg. Haal van het bovenste bladpaar één blad weg. Er blijft nu een soort T-splitsing over met één blad. Verwijder van dit blad de twee deelblaadjes. Meestal bestaat een clematisblad uit drie deelblaadjes, waarvan er dus één moet blijven zitten.
 

Stap 5

Druk in het midden van de aarde een gaatje zo groot als de diameter van een dik potlood. Herhaal dit tegen de vier hoeken van het potje. Druk de stek tot aan het blad in de aarde en druk de grond goed aan. Plaats in de vier hoeken ook stekken.
 

Stap 6

Dompel het potje met de stek heel voorzichtig in een emmer water. Neem het potje pas uit het water als de aarde goed nat is.
 

Stap 7

Doe een ruime plastic zak over het potje met de stek en zet die vast met een
elastiekje. Plaats het potje op een warme plek, maar niet in de volle zon. Knip na een week een klein gaatje in de plastic zak en als de plantjes slap worden een iets groter gat. Na drie tot zes weken zullen de stekken wortelen. Dan kan het zakje helemaal worden verwijderd. Plant de stek op de plaats van
bestemming als de clematis aan het groeien is.