We poetsen allemaal weleens, maar deze professionals verdienen er hun brood mee. Zij maken schoon waar anderen zich niet wagen.
‘Aan viezigheid wen je, het zijn de verhalen die indruk maken'. Conny Verschoor (67) werkt al dertig jaar als toiletdame in het uitgaansleven.
“Ik hou van de nacht, je weet nooit wat hij gaat brengen. Toen ik dertig jaar geleden als toiletdame begon, voelde ik me meteen op mijn plek. Harde muziek en vrolijke mensen, daar krijg ik energie van. Destijds was het ook een uitkomst. Mijn man maakte lange dagen en de kinderopvang was niet zo geregeld als nu. Op deze manier kon ik in de weekenden wat bijverdienen en er doordeweeks voor mijn dochter zijn.
Ik zorg niet alleen voor een schoon toilet, maar ook voor een snoepje, deodorantje, haarborstel en tampons. Ook maak ik graag tijd voor een praatje. Bezoekers vertellen me van alles. Natuurlijk zijn er ook mensen die onder invloed zijn van alcohol of drugs. Er gebeuren zelden vervelende dingen, maar soms heeft iemand hulp nodig en ook dan sta ik klaar. Ik ben dus niet alleen schoonmaakster, maar ook een beetje een maatschappelijk werker. Schoonmaken vind ik leuk om te doen. Als je de avond begint met een schoon toilet dan is het gewoon een kwestie van bijhouden. Regelmatig een rondje langs de wc’s, een doekje over de spiegel en die prop papier van de grond rapen. Want als het schoon is, zijn mensen minder snel geneigd om er zelf een rommeltje van te maken. Natuurlijk, een ongelukje komt weleens voor.
Maar als ik denk aan wat mensen die in de zorg werken tegenkomen, valt het bij mij hartstikke mee. De coronatijd was pittig, ineens zat ik op zaterdagavond thuis. Toen ik zag dat het toiletgebouw op het metrostation gesloten was, heb ik de eigenaar van het pand gevraagd of ik het mocht heropenen. Ik doe dat er nog steeds bij, maar ben wel heel blij dat het nachtleven weer open is. ‘Bent u Conny?’, vroeg een klant laatst. ‘Dan krijg je de groeten van mijn moeder, die ging hier vroeger ook altijd stappen.’ Inmiddels ben ik 67. Aan stoppen denk ik niet. Want als je met jonge mensen omgaat, blijf je jong van geest.”
David van Kollenburg (48) en Michel Dirkse (45) pakken met hun schoonmaakbedrijf DREO extreme schoonmaakprojecten op.
Michel: “We komen net terug van een opdracht. Een oudere man was van de trap gevallen en overleefde dat niet. Hij heeft er gelukkig niet heel lang gelegen, maar er was wel specialistische reiniging nodig.
David: “Pas als we allebei voor 200 procent zeker weten dat alles schoon is, laten we de familie binnen. Je ziet natuurlijk het verdriet, maar ook opluchting dat alles opgeruimd is.”
Michel: “Als politieagent kwam ik regelmatig in vervuilde woningen en vond ik overledenen thuis. Toen ik in de krant een verhaal las over een moeder die het huis van haar vermoorde dochter zelf moest schoonmaken, raakte dat me zo dat ik wist wat ik wilde doen.”
David: “Ik werkte als servicemonteur toen Michel me vroeg om DREO samen op te starten. We hebben een verschillende achtergrond, maar één ding hebben we gemeen: we willen allebei mensen helpen.”
Michel: “We maken huizen schoon waar mensen zijn overleden, maar komen ook bij mensen met verzamelwoede en in extreem vervuilde huizen. Zo belde een mevrouw ons in paniek op omdat muizen haar stroomkabels hadden doorgeknaagd. Door het hele huis lag een laag van dertig centimeter huisvuil. Haar familie wist van niets, ze schaamde zich. We hebben het weer helemaal spic en span gemaakt en nemen in zo’n geval ook contact op met de huisarts, zodat er een hulptraject van start kan gaan.”
David: “Aan viezigheid raak je gewend. Het zijn juist de schrijnende verhalen erachter die indruk op ons maken.”
Michel: “We blijven daarom goed op elkaar letten en praten we over wat we hebben meegemaakt. Sommige verhalen komen extra binnen, bijvoorbeeld als het om iemand van je eigen leeftijd gaat.”
David: “Omdat er altijd een spoedklus kan komen, zijn we 24/7 bereikbaar. Dat is best pittig in combinatie met een gezin.”
Michel: “De dochter van die mevrouw met die muizen stuurde ons laatst een foto waarop haar moeder in haar opgeruimde keuken lekker aan het schilderen was. Dan weet je waar je het voor doet.”
Marja Middeldorp (67) was met haar moeder een schoonmaakduo in RTL-programma Hoe schoon is jouw huis? Tegenwoordig deelt ze op haar website Schoonmakenmetmarja.nl tips.
“Dat uitgerekend ik van schoonmaken mijn werk heb gemaakt, kan mijn moeder nog steeds niet geloven. Zij is een enorme pietje-precies, ik ben juist een rommelkont. Jaren geleden bedacht ik een apparaatje waarmee je truien kunt ontpluizen. Ik stond er vaak mee op beurzen en op drukke dagen sprong mijn moeder bij. Op een dag werden we benaderd door een mevrouw van een productiemaatschappij. Of we het leuk zouden vinden om als schoonmaakduo aan een tv-programma mee te werken? Wij droomden natuurlijk al van een filmcarrière, maar het bleek om een schoonmaakprogramma te gaan. We zijn het gewoon gaan doen en er ging een wereld voor ons open. Als ik ergens binnenkwam, rook ik bijna het verdriet. Achter een vies huis gaat vaak een hoop ellende schuil, daarom veroordeel ik niemand.
Studentenhuizen schoonmaken vond ik het leukst. Daar hing juist de geur van vrijheid: een vrolijke chaos van pizzadozen, lege bierflesjes, vieze sokken en een laag stof. Het programma werd een hit, we hebben het jarenlang gedaan. Tegenwoordig deel ik mijn kennis op mijn online platform Schoonmaken met Marja. Dat is nodig, want jongere generaties leren niet meer op school hoe je moet schoonmaken. Daar staat dan wel weer tegenover dat steeds meer mannen ook de stofdoek pakken, dat vind ik mooi om te zien. Mijn ultieme tip? Deel de schoonmaak op in projectjes die je kunt doen in de tijd die je hebt.
Dan maak je bijvoorbeeld je hal en wc van boven tot onder heel goed schoon, dat is heerlijk thuiskomen en je krijgt vanzelf zin om een volgende ruimte aan te pakken. Ook belangrijk: je hoeft echt niet alles te soppen, opwrijven met een droge doek werkt ook goed. Zelf gebruik ik het liefst twee oude badstof sokken die ik om mijn handen doe, dat werkt super. Als het huis me daarna tegemoet glimt, voel ik me een ander mens. Want het is echt waar wat ze zeggen: een opgeruimd huis is een opgeruimd hoofd.”
