Honger? Verliefd? Dat doen je hormonen!

'Van veel eten wordt je maag niet groter en van een grote maag word je niet dik'

Vrouw kijkt in koelkast
Getty Images

Hormonen regelen onze ontwikkeling, maar ze zorgen bijvoorbeeld ook dat we verliefd worden. In zijn boek Wij zijn onze hormonen schrijft internist-endocrinoloog en hoogleraar Max Nieuwdorp over de invloed van deze stofjes in al onze levensfasen.

Bij hormonen denk je waarschijnlijk meteen aan de bekende geslachtshormonen: oestrogeen, progesteron en testosteron. Iedereen weet dat die een orkaan kunnen veroorzaken in de puberteit, om jaren later in de overgang een nieuwe storm te ontketenen. Deze hormonen zijn ook makkelijk te meten in je bloed.

Minder bekend maar minstens zo invloedrijk zijn vluchtige hormonen zoals het ‘hongerhormoon’ ghreline, dat een seintje geeft als je maag leeg is en aanzet tot eten. In zijn boek Wij zijn onze hormonen beschrijft internist-endocrinoloog Max Nieuwdorp dat dit hormoon ook invloed heeft op de snelheid waarmee we beslissingen nemen, vooral in de centra van de hersenen die met verslaving te maken hebben. Ghreline stimuleert de hersenen om dopamine af te geven, het stofje dat ons een geluksgevoel geeft. Omdat we dat prettige gevoel vaker willen, belonen we onszelf met iets lekkers.

Zo kan sluipenderwijs een (eet)verslaving ontstaan. Mensen met overgewicht hebben vaak hogere concentraties ghreline in het bloed. Onduidelijk is of zij meer eten omdat hun maag meer ghreline aanmaakt of dat ze minder gevoelig voor dit hormoon zijn en er daarom hogere concentraties nodig zijn. Het lijkt erop dat de hormoonhuis­houding erop is gericht ons op een stabiel gewicht te houden. Als je langdurig te veel eet, raakt die hoge voedselinname ingeprent. Hoe hoger je gewicht, hoe groter de behoefte aan calorieën. Vandaar het bekende jojo-effect: zodra je stopt met een dieet wil je lichaam terug naar het oude, ingeprente gewicht. Het lichaam is liever zwaar dan licht.

Een belangrijke rem die voorkomt dat je te veel eet, is het verstand. Onbewust weeg je continu het plezier van eten af tegen het nadeel van te veel vet opslaan en te zwaar worden. Aan de andere kant wordt je brein gevoed door allerlei hormonen die de eetlust stimuleren. Chronische stress en slapeloosheid werken die hormonen in de hand. Voor de juiste balans zijn ontspanning, bewegen in de natuur en een goede nachtrust belangrijk.

Kun je dat ‘hongerhormoon’ stoppen met een behandeling?

“Dat zou een simpele en voor de hand liggende oplossing zijn, maar helaas lukt dat nog niet. Het gaf mij als dokter een nederig gevoel om te beseffen hoeveel processen zich wel niet in ons lichaam afspelen en hoeveel invloed hormonen daarop hebben. Het spijsverteringskanaal heeft een eigen zenuwstelsel dat in omvang gelijk is aan de hersenen, vandaar dat de darmen ook wel het tweede brein worden genoemd. Er is een duidelijke brein-maag-darm verbinding waar door hormonen gestuurde signalen worden uitgewisseld. Voor een gezonde hormonale balans zijn darm­bacteriën onmisbaar.

Die zijn betrokken bij het vrijkomen en produceren van tientallen hormonen. Via het centraal zenuwstelsel beïnvloeden darmbacteriën ook de aanmaak van hormonen en de functie van het brein. Alles haakt in elkaar. Als je weet hoe je lichaam werkt, ga je beter begrijpen waarom het soms op een bepaalde manier reageert.”

Is er een hormonale rem tegen het hongergevoel?

“Er zijn hormoonsystemen die dit regelen. Eén die op korte termijn werkt en een direct verzadigingsgevoel geeft en één die wat trager maar krachtiger werkt op onze verzadiging. Terwijl het hormoon ghreline helemaal aan het begin van het proces het lichaam stimuleert om de spijsverteringsbuis te vullen met voeding, wordt aan het einde van de dunne darm het hormoon PYY gemaakt dat het lichaam laat weten wanneer die buis vol zit en de eetlust remt.

Er zijn nog twee krachtige hormonen die op wat langere termijn zorgen voor het gevoel van verzadiging na een maaltijd: GLP1, ook bekend als medicijn tegen suikerziekte en overgewicht, en leptine. Leptine wordt gemaakt door vetcellen en het onderdrukt in de hersenen de drang naar eten. Het is lastig om die stof kunstmatig na te maken.”

Speelt de maag daarin een rol?

“De functie van de maag is om het hongergevoel uit te stellen. De maag vertraagt het verterings­proces en fungeert als een soort ingebouwde lunchtrommel waarin je je maaltijd veilig kunt meenemen zonder hem onmiddellijk te moeten verteren. Het voedsel wordt pas verteerd als je kunt uitrusten. De maag kan ongeveer drie uur lang de verzadiging tegenhouden.

Een prachtig mechanisme dat onze verre voorvaderen beschermde tegen schaarste, maar in de moderne tijd juist overgewicht in de hand werkt. Om sneller een vol gevoel te krijgen, kun je vlak voor het eten een glas water drinken en tijdens de maaltijd veel groenten eten. Groenten vullen en zetten op in de maag.”

Wordt je maag groter als je veel eet?

“Nee, van veel eten wordt je maag niet groter en van een grote maag word je niet dik. Er bestaan veel misverstanden over de maag. Zwaardere mensen hebben bijvoorbeeld geen grotere maag dan anderen. Ook de grootte van je eetlust hangt niet af van de grootte van je maag; overmatige eetlust ontstaat waarschijnlijk door een foute afstelling tussen hormoon- en zenuwprikkelafgifte vanuit de maag naar het brein en vice versa.”

Is een operatieve maagverkleining de oplossing?

“Voor veel mensen is dit inderdaad een goede oplossing, hun gezondheid verbetert enorm en ze hebben weer kans om gezond oud te worden. Suikerziekte verdwijnt vrijwel meteen na de operatie als sneeuw voor de zon, al voordat het afvallen begint. Helaas houden die positieve effecten niet voor iedereen lang stand. Sommige mensen zitten na enkele jaren weer op of boven hun oude gewicht. Sinds kort weten we dat mensen met fors overgewicht na zo’n operatie een veel hogere kans hebben op verslavingen. Je kunt een genenpakket van je ouders mee hebben gekregen dat er enorm op gericht is om voedingsstoffen op te nemen.

Dan heb je beduidend meer honger dan anderen. Komt bij dat de mens van oudsher sterk gericht is op lekker, calorierijk eten. Dat geeft een kick waarbij in de hersenen gebieden oplichten die ­dopamine afgeven, wat tot verslaving kan leiden. Het brein raakt daarop afgesteld en het is lastig om dat te neutraliseren. Ik heb goede hoop dat we binnenkort kunnen voorspellen wie daar gevoeliger voor zijn, zodat we hen na de operatie beter kunnen volgen en begeleiden.”

Is het nuttig om regelmatig je hormoonspiegel te laten testen?

“Dat heeft alleen zin in het geval van een bewezen endocrinologische ziekte zoals een schildklier­afwijking en de medicamenteuze behandeling daarvan. Van de meeste hormonen is namelijk slechts een momentopname te zien. Hetzelfde geldt voor geslachtshormonen, maar daarvan is het patroon tijdens ons leven bekend. Bij mannen daalt na hun vijfenveertigste jaarlijks geleidelijk de hoeveelheid testosteron, daar valt niets aan te doen.

Een behandeling met testosteronzalf slaat de eigen productie helemaal neer. Voor vrouwen kan een hormoon­behandeling aan het begin van de overgang wel zinvol zijn. Dat is een gezamenlijke beslissing van arts en patiënt. In de regel probeer je het vier weken uit om te kijken of het aanslaat. Wordt de kwaliteit van leven inderdaad veel beter, dan kun je dat afwegen tegen het iets grotere risico op hart- en vaatziekten en borst-kanker. Als je een hormoonbehandeling snel na de menopauze start en zo vroeg mogelijk afbouwt, kan het in samenspraak met de patiënt best veilig gebruikt worden.”

Klopt het dat vrouwen en mannen bij het ouder worden meer op elkaar gaan lijken?

“Met het ouder worden dooft het hormonale ­onderscheid tussen mannen en vrouwen langzaam uit. Ze groeien naar elkaar toe, ook hun gezichten, stemhoogten en emoties veranderen. Het is bijzonder hoe de verandering in hormonen je gemoed kan bepalen. Bij veel mannen zitten de tranen hoger naarmate ze ouder worden. Rond hun zestigste neemt bij vrouwen testosteron de leiding over, terwijl oudere mannen over veel meer oestrogeen beschikken dan voorheen, zeker als ze overgewicht hebben. Vetweefsel maakt namelijk zelf ook oestrogenen aan.”

Welk weetje uit dit boek vond u zelf opmerkelijk?

“Een van de grootste openbaringen is de invloed van fytohormonen, de hormonen uit planten zoals soja. De meeste mensen staan er niet bij stil dat soja rijk is aan look-alike vrouwelijke hormonen, vergelijkbaar met vrouwelijke oestrogenen. Er is een relatie tussen te veel inname en het opstarten bij kinderen van bepaalde hormonale processen.

De Europese Unie is bezig met het vaststellen van een veilige norm zoals bij de E-nummers, maar vooralsnog is die er niet. Voeding is sowieso veel belangrijker dan we ons realiseren. Ik verwacht dat de komende jaren  duidelijker zal worden dat geraffineerd, lang houdbaar voedsel problemen als suikerziekte, overgewicht en chronische ontsteking veroorzaakt. In de tijd dat we meer van dit soort voeding zijn gaan eten, is het aantal immuunziekten, suikerziekte en chronische darmziekten enorm toegenomen.”

Naar welke ontwikkeling kijkt u reikhalzend uit?

“Op onze afdeling doen we onderzoek naar poeptransplantaties als mogelijke behandeling voor een trage schildklierfunctie en diabetes type 1. In de darmen zitten veel bacteriën, gisten en virussen die een rol spelen bij de suikerstofwisseling en het immuunsysteem. Die samenstelling ziet er bij mensen met deze ziekten anders uit.

Deze willen we met een poeptransplantatie verbeteren zodat de ziekte stabieler wordt. Een deel van de patiënten met diabetes type 1 lijkt baat te hebben bij de ingreep. Bij hen bleek tijdelijk de eigen insuline hormoonproductie behouden. Het is mijn droom om de transplantatie niet meer met een slangetje door de neus te geven, maar te laten slikken in de vorm van capsules. Dat is veel gebruiksvriendelijker en dan kun je het ook vaker en langer doen.”

Dit artikel verscheen eerder in +Gezond oktober 2022. Abonnee worden van het blad? Dat doe je in een handomdraai.

Max Nieuwdorp is internist-endocrinoloog, hoogleraar en afdelingshoofd bij het Amsterdam UMC. Ook werkte hij als visiting scientist aan de University of California San Diego. Zijn onlangs ­verschenen boek  Wij zijn onze hormonen geeft een fascinerende kijk op de invloed van hormonen. Uitgeverij Bezige Bij, ISBN 9789403194103 €22,99

Auteur