Afgelopen jaar is het aantal DDoS-aanvallen flink toegenomen. Veel webwinkels hadden er last van tijdens de feestdagen, op sommige dagen waren er meer dan 2500 aanvallen. Het totale aantal DDoS-aanvallen was afgelopen jaar 15 procent hoger dan in 2017.
Dit meldde NBIP aan de NOS. Volgens de directeur van het NBIP laat de piek in december zien dat het gaat om gerichte DDoS-aanvallen. Als webwinkels in december eruit liggen door een aanval, kunnen ze miljoenen euro’s mislopen. Maar er zijn ook veel webwinkels die zich goed hadden beschermd tegen DDoS-aanvallen, zonder deze bescherming zouden de webwinkels zeker plat zijn gegaan. Zo sterk waren deze aanvallen.
Een DDoS-aanval
Bij een DDoS-aanval wordt er zoveel data naar een bepaalde server gestuurd, dat die server verstopt raakt en geen extra ruimte meer heeft voor nieuwe data. Daardoor kunnen bepaalde sites met onvoldoende beveiliging plat komen te liggen.
Veel jongeren zitten tegenwoordig achter deze DDoS-aanvallen. Het begint op kleine schaal tussen bijvoorbeeld mensen die met elkaar gamen, waarbij de ene de internetverbinding van de ander wilt stilleggen. Maar als de verveling toeslaat, worden deze doelwitten steeds groter, na verloop van tijd worden er dus ook webwinkels platgelegd door deze jongeren. Omdat het relatief makkelijk in gang te zetten is, wordt het zoveel gedaan.
Cybersecurity-expert Rickey Gevers zei hierover: ‘’Het is een sport geworden onder de jongeren, ze halen een soort online kattenkwaad uit.’’
- NOS
