Hoe werkt een aflossingsvrije hypotheek?

Heb je een aflossingsvrije hypotheek lopen? Dan los je daar in principe niet op af; je maandlasten bestaan alleen uit rente. Dat is voordelig, want het levert lage maandlasten op. Maar hoe zit het als je aflossingsvrije hypotheek afloopt na 30 jaar? In principe moet je dan het totale hypotheekbedrag terugbetalen. Maar gelukkig zijn er ook andere opties.
Hoe werkt een aflossingsvrije hypotheek?
Op een aflossingsvrije hypotheek los je niet maandelijks af, tenzij je er vrijwillig voor kiest om tussentijds aflossingen te doen natuurlijk. Maar in principe betaal je alleen rente. Meestal is de looptijd van een aflossingsvrije hypotheek 30 jaar. Je lost de hypotheek dan in één keer af aan het eind van de looptijd.
Het is wel belangrijk dat je al vóór de afloopdatum bedenkt wat je wilt doen zodra je aflossingsvrije hypotheek afloopt. Anders moet je in één keer de volledige schuld terugbetalen. Vaak is dat geen bedrag dat je zomaar op je rekening hebt staan. Gelukkig hoeft zo’n grote terugbetaling in één keer zeker niet altijd. Je hebt ook andere opties.
Mijn aflossingsvrije hypotheek loopt af, wat nu?
Je kunt je aflossingsvrije hypotheek op de einddatum in één keer aflossen als je dat bedrag toevallig op je rekening hebt staan. Maar ook als dat niet haalbaar is, zijn er mogelijkheden. Ga altijd met een hypotheekadviseur in gesprek, het liefst al ruim voordat je aflossingsvrije hypotheek afloopt. Dan is er namelijk nog meer mogelijk dan als de einddatum akelig dichtbij komt.
Dit zijn de opties die je hebt als je nu denkt “Help, mijn aflossingsvrije hypotheek loopt af, wat nu?”:
Optie 1: je hypotheek in één keer aflossen
Een eerste optie als je aflossingsvrije hypotheek afloopt, is dat je de hypotheek in één keer aflost. Dat kan alleen als je veel spaargeld hebt of als je bijvoorbeeld een erfenis hebt ontvangen.
Dit is niet altijd de meest gunstige optie. Het betekent namelijk dat je veel spaargeld kwijt bent. Let erop dat je altijd een buffer aanhoudt voor als er onverwachte dingen gebeuren. Soms is het dan ook verstandiger om een nieuwe hypotheek af te sluiten. Dan smeer je de aflossing uit over een langere periode.
Optie 2: je aflossingsvrije hypotheek verlengen
Een andere mogelijkheid is om je aflossingsvrije hypotheek te verlengen. Dat kan alleen bij sommige geldverstrekkers. Het is dus niet altijd mogelijk. Ook zal de hypotheekaanbieder je inkomen toetsen om te bepalen of je genoeg (pensioen)inkomen hebt voor de verlenging.
Soms is het mogelijk om voor een vervroegde verlenging te kiezen. Dat betekent dat je al 10 jaar of langer voordat je hypotheek afloopt een verlenging aanvraagt. Je weet dan nu al dat je hypotheek ook over een paar jaar nog goed geregeld is.
Let op: mogelijk komt er na 30 jaar wel een eind aan je recht op hypotheekrenteaftrek. Dat betekent dat je bij een verlenging soms hogere netto-maandlasten gaat betalen.
Optie 3: je hypotheek oversluiten
Een derde mogelijkheid is om je hypotheek over te sluiten. Je zet dan je huidige hypotheek stop en sluit in plaats daarvan een hypotheek af bij een andere hypotheekaanbieder. Dat geeft je de kans om nieuwe voorwaarden en een nieuwe hypotheekvorm te kiezen. Je betaalt dan een actuele rente voor de nieuwe hypotheek.
Oversluiten is met name verstandig als een andere hypotheekvorm of andere voorwaarden beter bij je situatie passen. Ook heb je hiermee soms de kans om een hogere hypotheek te nemen. Door je hypotheek te verhogen, ontstaat er bijvoorbeeld ruimte om een verbouwing van je huis te financieren.
Let bij oversluiten wel op het volgende:
- Bij een hypotheek die je nieuw afsluit, mag maximaal 50% van de woningwaarde aflossingsvrij gefinancierd zijn.
- Je inkomen wordt opnieuw getoetst voor een oversluiting. Je huidige inkomen is bepalend voor je maximale hypotheek. Let op: bij een hypotheek vanaf 57 jaar telt ook je pensioeninkomen mee voor je toetsinkomen. Daardoor valt je maximale hypotheek soms lager uit vanaf die leeftijd.
- Als je op dit moment een (deels) aflossingsvrije hypotheek afsluit, dan ontvang je daar mogelijk geen hypotheekrenteaftrek over. Wel kun je soms je huidige aflossingsvrije hypotheek (als die is afgesloten vóór 1 januari 2013) meenemen met behoud van de hypotheekrenteaftrek.
Optie 4: je huis verkopen en verhuizen
Een laatste optie is om je huis te verkopen en naar een andere woning te verhuizen. Als je toch al plannen had om te verhuizen, is het aflopen van je aflossingsvrije hypotheek misschien een goede reden om daar nu werk van te maken. Waarschijnlijk is je huis inmiddels in waarde gestegen en heb je overwaarde. Daarmee kun je de hypotheek dan aflossen.
Na de aflossing blijft meestal nog meer overwaarde over. Die kun je gebruiken om de hypotheek voor je nieuwe woning te verlagen. Voor het restant kun je een nieuwe hypotheek afsluiten. Dat kan opnieuw een deels aflossingsvrije hypotheek zijn, maar ook een woning waarop je wél aflost.
Hoe kan ik mijn aflossingsvrije hypotheek aflossen?
Je kunt je aflossingsvrije hypotheek aan het eind van de looptijd aflossen óf je kunt kiezen voor tussentijdse aflossingen. Vaak mag je tot 10-20% van de oorspronkelijke hypotheekschuld per jaar aflossen. Meer aflossen mag ook, maar dan betaal je wel een boeterente.
Je aflossingsvrije hypotheek aflossen kun je doen met:
- spaargeld dat je kunt missen (en dat je dus niet voor andere uitgaven nodig hebt);
- opbrengsten van beleggingen;
- een nieuwe hypotheek die je in plaats van de aflossingsvrije hypotheek afsluit;
- een schenking of erfenis.
Waar doe jij goed aan als je aflossingsvrije hypotheek afloopt?
Dat je aflossingsvrije hypotheek binnenkort afloopt, hoeft zeker geen probleem te zijn. Wel is het belangrijk dat je hier op tijd dingen voor regelt. Zo voorkom je dat je straks in één keer een flink bedrag moet terugbetalen.
Wil je precies weten waar jij goed aan doet met je hypotheek? Ga dan in gesprek met een hypotheekadviseur. Die kan gericht meekijken naar jouw hypotheek en naar de opties die jij hebt